Sponzen en hun moeder

Baby’s zijn sponsjes.
De toestand met mijn werk gaat maar niet over. Ik heb zelf een keuze gemaakt (waarover later meer), maar er is veel spanning. Ik ben nerveus en heb gewoon niet zo’n lange adem. Het sleept al maanden aan, en ik wil graag dat het klaar is en dat ik verder kan.

Allemaal niet zo gek.
Maar ik ben een moeder en ik heb twee baby’s.
Baby’s die als sponsjes de spanning opzuigen en niet meer slapen. Krijsen, brullen, elkaar aansteken in de onrust.

Het thema van de boekenweek is moederschap. Ik lees her en der dingen over moeders. Ik ben naar een opstellingsavond geweest en daar was een vrouw die zich niet gezien voelde door haar moeder. Ik heb zelf het idee dat mijn moeder met haar ontwikkeling mijn puberteit heeft gekaapt (*) (alternatief was dat ze gefrustreerd was gebleven en dat op mij had geprojecteerd). Ik lees een tijdschrift dat in GROTE LETTERS zegt dat DE BAND TUSSEN MOEDER EN DOCHTER DE MEEST FUNDAMENTELE IS VOOR DE VROUW. Of zoiets. Ik denk aan mijn eigen moeder, ik denk aan mijn dochters.

Ik denk aan de vrouw uit de opstelling tegen wie ik wou zeggen dat moeders ook maar mensen zijn. Mensen die niet uitgeslapen zijn, een slechte dag kunnen hebben, vast kunnen lopen in hun baan, hun relatie, hun psyche, hun leven. Ik begrijp dat het kind wil dat de moeder alles voor hem of haar is dat hij of zij nodig heeft, dat je wil dat je moeder er altijd is en altijd de juiste dingen doet en wijs is en gul en mooi en een voorbeeld en een rolmodel. Ik ben zelf zo een kind, maar ik ben ook een moeder en ik struikel soms over het leven, zeker in tijden dat er 24/7 zorg van mij verwacht wordt voor wezentjes die niets kunnen, behalve hun met zorg bereid papje in mijn gezicht blazen, huilen bij ongemak, door de kamer sluipen, tatataa roepen en dadadaaa en puh.

Nooit lees ik iets over vaders. Altijd over moeders. Moeders. Moeders. Ik word er nerveus van, want ik ben een moeder. Een moeder zonder vlekkeloos parcours. Een moeder die het soms spuugzat is en met de noorderzon wil vertrekken naar een hutje op de hei waar enkel boeken en koffie zijn en hertjes. Een moeder die dol op ze is, maar soms gewoon emotioneel niet beschikbaar (soms? vaak misschien zelfs) omdat het haar de keel uithangt dat het oud papier al weken klaar staat en ze het huis niet uit kan om het weg te brengen. Of dat ze niet kan sporten omdat ze overdag niet weg kan en ’s avonds bij elkaar te vegen is. Of dat ze niet kan slapen, omdat de kleine baby het grootste deel van het bed nodig heeft en aan haar haar trekt ’s nachts. Of omdat het gedoe met het werk maar niet opschiet en ze even niet meer weet hoe het allemaal verder moet. Of omdat ze kwaad is op de vader, soms.

Ik vind het ouderschap een geschenk, echt, maar het is zo omvattend. Het is zo omvattend, en ik ben maar een mens. Een moeder, ja, maar een mens. Misschien staan mijn kinderen binnen dertig jaar wel in een opstelling te vertellen tegen een vreemde dat hun moeder niet beschikbaar was, of onvoorspelbaar, of humeurig, of verveeld (**).

(*) Ik realiseer me vaak – later misschien iets om meer over te schrijven – dat mijn moeder zich geëmancipeerd heeft en dat ik dit proces van op de eerste rij heb meegemaakt. Het begon met een hobby uitoefenen. Eisen dat ze met haar voornaam aangesproken werd. Weer beginnen werken na een lange tijd thuis.
Ik zou om het even welke vrouw LOEIHARD aanmoedigen bij dit proces, maar ik neem het haar onbewust kwalijk, omdat er spanningen waren en ze er niet was en ze er steeds minder was en ik steeds meer op mij nam thuis. Parentificatie heet dat, en het heeft zo veel kreukels in mijn leven gebracht.
De tegenstelling (principes versus gevoel) verwart me.

(**) Ik probeer nu werk te doen (zoals TAW, opstellingen, …) zodat ik mijn kinderen minder gedoe laat erven.

P.s. Ik hoorde deze docu en het raakte me loeihard. Daarbij leerde ik dus dat er zoiets is als een huisvrouwensyndroom en dat je daar in het slechtste geval dood van kan gaan.

P.s. 2. Soms lijkt het alsof ik omring ben door parasieten die lak hebben aan het feit dat ik ook iemand ben die ook dingen nodig heeft. Zoals slaap. Zie ook dit stukje, over je een vreemde voelen in je eigen leven.

De uitjes – hoe duur is cultuur? (met tips)

De trouwe lezer weet dat ik wekelijks een uitje heb met en voor mezelf. Ik schrijf hier om de zoveel tijd wat ik dan doe en wat ik er uit haal. Ook vandaag weer een lijstje, maar ook wat bedenkingen. Want naast het claimen van tijd, claim je met een wekelijks uitje ook geld. Want wekelijks wat doen, loopt dat niet in de papieren?

Wel, het antwoord is ja en nee. Ja, omdat gratis niet bestaat natuurlijk. Nee, omdat ik alleen ga, en dus geen oppas moet nemen. (Is een besparing van 7 tot 12 euro per uur, zeg maar.) En nee, omdat er gewoon handige dingen zijn waardoor het allemaal behapbaar kan blijven. Zo heb je in Nederland voor een 60 euro per jaar (dacht ik) de museumkaart: gratis toegang tot maar liefst 400 musea! Er is ook een kidsversie voor 30 euro, haal je er zeer snel uit. Het is overigens ook leuk om een aantal uitjes in te plannen zodat je je kaart er alvast uit hebt op twee maanden tijd. (Ik heb opgevangen dat er nu ook een museumkaart in België is, die heb ik niet in mijn bezit.)

Daarnaast heb je ook cineville, een pas waarmee je bij arthouse-bioscopen voor 20 euro per maand zoveel naar de film kan als je wil. Als je twee keer gaat, heb je het er uit. Maar je kan ook twee keer per dag gaan, of twee keer per week, of drie keer per dag.

Daarnaast heb je ook ‘we are public’, waarmee je met 17 euro per maand cultuur mee ondersteunt en toegang hebt tot een selectie van voorstellingen, exposities, tentoonstellingen en films. Er is dus een soort pre-selectie, waardoor je je horizon verbreedt op een betaalbare manier. En je investeert in cultuur. Win-win!

Je kan natuurlijk ook thuis je uitje plannen. Een goede film op de bank is ook fijn. In dat geval is Netflix natuurlijk de grote speler, maar ik ben meer gecharmeerd van de NPO-app. Voor een paar euro per maand krijg je een alternatief aanbod aan programma’s, series en films. Laatst hadden ze bve een thematische selectie van Oscar-winnaars en heb ik o.a. 45 years gezien met de Man. Maakte veel indruk en is volgens mij niet op Netflix te zien. Ook The Imitation Game was zo een topper die meteen onder mijn huid kroop en die ik daar vond en waarvan ik me afvraag of die op netflix staat.

Ik blijf het fijn vinden dat door hier gewoon mee te starten (een uitje per week, alleen met mezelf), mijn ‘radar’ aangegaan is. Zo hoorde ik de prachtige podcast ‘De brand in het landhuis’ (aanrader!), realiseerde ik me dat de host daarvan een acteur is en kocht ik een kaartje voor zijn volgende voorstelling, hoewel ik dus niet zo veel van theater weet verder. Ik vroeg me altijd af hoe mensen daarin selecties maakten voor zichzelf. Ja, je kan uiteraard de cultuurpagina’s van de krant lezen enzo. Maar er is zo veel, dus wat kies je, hoe vind je je weg? Ik kies dus niet ‘out of the blue’ voor deze voorstelling, maar heb een aanknopingspuntje gevonden in de podcast en zodoende. Mogelijk doen andere mensen dat dus ook zo.

Voor mezelf en voor jullie: wat heb ik de voorbije weken gedaan?

  • Eindelijk: de sauna. Gratis bovendien, want ik heb airmiles ingewisseld voor een kaartje. (Nog een tip!) De airmiles spaarde ik vroeger bij het tanken. Nu rijd ik amper nog, dus spaar ik ze in de Albert Heijn. Het voelde best decadent om naar de sauna te gaan. Is toch een luxe die ik associeer met iets samen doen met de Man. Het was enigszins onwennig en ook wat meer confronterend dan film of toneel, want in de sauna moet je de tijd echt wel met jezelf uit zitten terwijl iedereen om je heen praat met elkaar over de stomste dingen eerst. Als je gesprekken van anderen opvangt in een allenige toestand, besef je pas echt hoeveel van dat gepraat ‘vulsel’ is, verpakte ongemakkelijkheid. Ik kwam (pas) na een uurtje in een beetje een dromerige toestand. Erg fijn.
  • Een massage, bij mijn vriend. Ik merk soms plots dat heel mijn lijf gammel is. Ik probeer weer wat hard te lopen/te hardlopen, maar ik ben strammig, mijn rug doet pijn en er zit vermoeidheid in mijn lijf. (Ik ging naar de wobbelyoga met de kleuterzoon, en ook daar voelde ik weer hoe stram ik ben. Mijn ideale ik gaat weer aan de yoga en leert mediteren, maar dat is misschien nog wat te optimistisch.) Dus ging ik naar de massage, wat eerder een pijniging was dan een ontspanning. Met naalden die in mijn spieren geprikt werden en magnesiumspray. Maar alles voor de goede zaak. Ik maakte me misschien wat makkelijk af met dit uitje, maar soms vind ik die uitjes ook wel een onderneming: thuis de boel de boel laten, wat rushen om het pand te verlaten. Meestal voelt dat hemels, maar soms is het ook even goed zo en is een massage op een ochtend dat de Man thuis is mijn uitje van de week.
  • Een opstellingsavond. Had ik een beetje impulsief besloten en ik was stiekem van plan om weg te gaan als het te zweverig of te gek zou zijn, maar het was een heel serene, mooie en leerrijke avond. Wat fijn om in een ‘wetend veld’ te staan en je te realiseren dat je in het oplossen van items van iemand anders, ook eigen dingen kan zien.
  • De geweldige docu ‘Nu verandert er langzaam iets’ gezien. Je bent toeschouwer bij allerlei vormen van therapie en coaching, in groep en individueel. Met paarden, met ademen, schreeuwend, ademend, met management-modellen, opstellingen. Er is geen voice-over, je mag het volledig zelf interpreteren. Ik vond het GENIAAL en zou je van harte aanraden deze documentaire te zien. Het gaat van schaterlachen tot kippenvel en alles daartussen.

It takes a village to… (Met twin-tip)

Ik dacht dat ik het onder de knie had, twin-parenting. Niet dat het altijd leuk is, of handig. Vooral logistiek een enorme onderneming eerlijkgezegd. Elke keer dat je de deur uit moet, is er die organisatie (luiers, jasjes, buggy, spullen mee, …). Daar ben ik best handig in geworden. Zo staat er bijvoorbeeld een vaste luiertas klaar die telkens aangevuld wordt, en ligt/staat alles op vaste plaatsen zodat er geen tijd verloren gaat aan zoeken.

Anyway. Toen werden de baby’s ziek. Twee baby’s met 39 graden koorts. Huilerig & hangerig. Niemand wou slapen, de hele structuur omzeep. Iedereen wou op mijn schoot zitten. Het eten werd een zootje. De medicatie moest ik goed monitoren (geef maar eens per ongeluk dezelfde baby twee keer medicatie). Zucht. De buurvrouw nam het even over om te kunnen douchen en verder schikte ik me in mijn lot en zat ik de hele dag op de bank met de dames op schoot, te kijken naar (ok, ik weet het, ik ben een ramptoerist!) de netflix-serie over Madeleine McCann.

Op zo’n dagen haat ik mijn leven een ietsiepietsie omdat ik allemaal grootse plannen heb waar nooit iets van komt.

En toen nam de dag een fijne wending. De buurvrouwen kwamen koffie drinken. De baby’s gingen van schoot tot schoot. Er was gebak en chocola en verhalen. Daarna schoven we nog door naar een ander huis voor een borrel. De uren vlogen voorbij. Voor ik het wist lagen mijn zielige zieke zieltjes in bed (waar ze natuurlijk een uur later weer huilend uit gevist werden) en was één van de stomste dagen ooit (twee zieke baby’s, echt) nog best gezellig geworden.

It takes a village to raise a child, ja. Maar vooral dit: it takes a village to keep a mother sane.

P.s. In de categorie twin-tips: de Man heeft een slimme speaker geïnstalleerd. Met mijn verleden als single mom vind ik zo’n dingen overbodig, maar wat LEUK om vanuit bed of als je je handen niet vrij hebt, te vragen aan Google of de radio aan kan, of ze de hoofdpunten van het nieuws even kan afspelen, een mop kan vertellen, een raadsel, mijn afspraken voor de dag even kan voorlezen, even wat in mijn agenda kan zetten, of ze 1,5 uur slaapliedjes kan spelen. En als ik haar een complimentje geef, antwoordt ze dat ze me ook leuk vindt. De schat. Bijzonder handig voor elke ouder, maar zeker ook voor de twin-parent die altijd wel een kind in de armen heeft.

Brief uit de toekomst

Een tijdje geleden heb ik hier een ‘oefening’ gedeeld, die ik heb gedaan in het kader van The Artist’s Way. Vandaag deel ik er graag nog ééntje, met de uitnodiging de oefening over te nemen op je blog natuurlijk :), en ons met een linkje in de comments uit te nodigen.

Vandaag gaat het om een reis in de tijd (uit week 4 van TAW, ‘een gevoel van heelheid terugvinden’). De opdracht gaat als volgt: beschrijf jezelf als je tachtig bent. Schrijf op wat je na je vijftigste gedaan hebt waar je plezier in had. En schrijf van een brief van die tachtigjarige aan je huidige zelf.

Ik moest erg lachen. Als ik 80 ben, zijn die baby-dochters 45 (en hebben ze hopelijk wél haar), de kleuterzoon 50 en de grote zoon 54. De Man zal 95 zijn. En ik? Ik ben een kranige dame. Ik bak appeltaart, rommel wat aan in huis, ben zelfstandig en mobiel, denk overal het mijne van maar ben wel open naar anderen toe en ik ben natuurlijk omringd door sprankelende kleinkinderen en kijk erg uit naar mijn achterkleinkinderen. Ik schrijf nog elke dag morning pages, en heb nog wekelijkse uitjes. Een ketting van uitjes van mijn 34ste tot mijn 80ste, imagine wat voor moois ik allemaal gezien en beleefd zal hebben! Ik lees, ik schrijf, ik blog, ik kook soep, ik zit in het zonnetje op goede dagen, en de Man en ik schuifelen de stad regelmatig in voor een kopje koffie. Na mijn vijftigste zal ik mijn eigen bedrijf geleid hebben, geschreven hebben, gewerkt hebben aan een soort ‘nalatenschap’ (of bedacht hebben dat dat niet hoeft), bewust geleefd hebben (als in: bewuste keuzes, niet zomaar een beetje van dag tot dag, de tijd die me gegeven is goed inzetten zeg maar, iets waar ik pas recent het knopje van omgezet heb in mijn hoofd – voordien hobbelde ik wat mee met wat iedereen nodig had en verwachtte en wat ik dacht dat allemaal moest – en ja, er is nog werk aan de winkel).

En mijn brief? Moeilijk om te schrijven, maar hierbij een poging.

Hee jij daar, bijna-35-jarige zelf.

Je staat middenin het leven, met die kleine baby’s. Wat een drukte! Wat een dynamiek. Ik begrijp dat je soms doodmoe bent.

Een paar dingen die ik je wil aanreiken:
Doe maar rustig aan. Je wil veel en je moet veel van jezelf. Er komt nog tijd om hard te lopen, boeken te schrijven, yoga te doen, het huis op te ruimen, … Kies er maar vaak genoeg voor om gewoon eens met die kleintjes te tutten, of met de grote mannen een ijsje te gaan eten, of in het gras te gaan liggen met alle vier of met de Man te praten. Dat kan nu, dat kan binnen vijf jaar niet meer op deze manier. En dan kan je de zolder opruimen, hoewel het geen kwaad kan als je dat nu al doet, maar dan niet ten koste van de mooie dingen. Het rare is dat de afwas doen niet echt een goede besteding van tijd is, maar dat het wel beter is als die gedaan is. Als het maar geen doel op zich wordt.
Hou ruimte voor jezelf zonder schuldgevoel. Je voelt je nu soms schuldig als je je morning pages gaat schrijven zonder eerst de keuken op te ruimen, of als je een oppas neemt en die tijd gebruikt om wat te kliederen op papier, of als je man en kinderen achter laat om naar de film te gaan of wat anders te gaan doen, maar je moet ook ademen en jezelf voeden en daar is niets mis mee.
Je hebt er nu even een rothekel aan dat je geen inkomsten hebt, en daar teert je eigenwaarde van weg. Probeer zelfstandig zijn (eigen auto, mogelijkheid om een eigen huis te huren of kopen, geld verdienen) even los te laten. Je bent de moeder in dat clubje. Je bent niet meer zelfstandig, haha. Geld verdienen is geen doel op zich, maar het is een bijkomstigheid, een effect van de dingen doen die je wil realiseren in de wereld. Net als een gezond gewicht. Dat hoeft geen doel op zich te zijn. Leef actief en draag zorg voor jezelf, fysiek en mentaal, en dan volgt dat lijf wel. (Ja, ik heb nu drie keer na elkaar ‘doel op zich’ geschreven, maar dat komt omdat ik ook stilaan wat vergeetachtig word 😉 ).
Het is noch het één, noch het ander. Kinderen hebben (of om het even wat in het leven) is nooit het eeuwige instagram-moment, maar ook niet alleen maar dat plakkerige nooit-klaar-en-altijd-moe. Ja, ik weet het. Er zijn veel dagen dat je al om 4 uur wakker bent en al voor 7 uur vier poepluiers hebt verschoond en dat het lijkt alsof je enkel maar was weg werkt, dingen van de grond schraapt, eten maakt dat toch uitgespuwd wordt en koude koffie drinkt. Dat is allemaal waar. En nee, kinderen zijn in het echt zelden zo charmant als op een ander of op een foto van een ander. Maar ze zijn echt en warm en ze zeggen grappige dingen en ze hebben warme lijfjes en je mag er boeken aan voorlezen. Dat is ook allemaal waar. Dus stop met je fantasieën over een kinderloos leven waarin alles groots en meeslepend is en niets plakt en je je ’s ochtends tenminste een mens voelt en indien niet: dat je dan gewoon nog wat kan slapen of warme koffie drinken. Of fantaseer er op los als dat helpt. Maar blijf ook gewoon daar, bij hen. En probeer beide kanten te zien.
Hou de Man in ere. Ik weet het, hij is weinig speels en een beetje streng en hij ruimt altijd op en verwacht dat je dat ook de hele dag doet. En hij is iets minder aaibaar dan je zou willen. Maar het is geen flierefluiter, en we weten allemaal hoe het is afgelopen met mister Flierefluiter. De Man is er, hij doet zijn best op allerlei onzichtbare manieren (want dat is net zo mooi aan ‘m, hij doet wat moet gebeuren zonder een schouderklopje te verwachten). Hij zorgt voor je, hij is meestal redelijk en meestal in voor een gesprek of samen koffie drinken. Hij is een goed mens, dat weet je best. Hij kan best onbuigzaam lijken, maar hij is een Man uit één stuk.
En tot slot: zelfs nu zie je al dat het leven zijn stroom volgt en dat het één tot het andere leidt en dat er een tijd is voor alles en dat je hulp krijgt uit onverwachte hoeken op momenten dat je het nodig hebt, dus vertrouw daar maar op. En stroom maar mee tot hier & nu, een dag met een appeltaart in de oven.

Liefs.
Je 80-jarige zelf




De buitenkant en de binnenkant

Soms is het donker in mijn hoofd.

Ik realiseerde me laatst dat ik een vrouw ben met acht kilo te veel, die rijdt in een auto die niet van haar is, leeft in een huis dat niet van haar is, geld uitgeeft dat ze niet zelf verdiend heeft en een hoofd vol plannen heeft waar ze maar over blijft twijfelen, terwijl ze terug gaat naar een baan waar ze haar hadden willen afschepen na een zwangerschapsverlof. En o ja, ik zit ook al weken tegen dezelfde op te ruimen spullen aan te kijken.

Er zit een discrepantie tussen wie ik in mijn hoofd ben/wil zijn en wat ik soms in werkelijkheid zie van mezelf. Je bent wat je doet, dat idee. Je bent niet wat je wil in je hoofd als je het niet realiseert. (Daar heeft Roos Vonk over geschreven, dacht ik.)

Als het over iemand anders zou gaan, zou ik die persoon wel wat credits geven, als ik zou zien dat ze vier kinderen heeft waaronder één tweeling van acht maanden, waaronder één ontzettend onrustig baby’tje dat amper twee keer een half uur per dag slaapt. Ik zou zeggen dat ze geduld moet hebben en dat voor alles een tijd is en dat Rome niet in één dag gebouwd is en dat het ook best een prestatie is om de hele meute in leven te houden en van vers voedsel te voorzien, en dan af en toe nog eens naar de film te gaan, wat freelance werk te doen en een rondje te gaan hardlopen en dat met zo weinig slaap. En elke dag drie machines was te draaien. O man, wat heb ik respect gekregen voor de Thuisblijfmoeder. Echt, hulde, hulde.

Ik wil vast te veel. Dat hoeven jullie niet meer in de comments te schrijven, want dat weet ik wel.

Tegelijkertijd is dat willen ook een soort motor, en ben ik blij dat die motor weer draait. Tijden waarin die niet draait en ik helemaal niets wil, zijn erger dan de dagen waarop ik gefrustreerd ben omdat ik te veel wil.

Ik wil veel en ik durf weinig.
Ik durf mijn baan niet opzeggen en iets van mezelf starten, want van zodra ik daarover begin na te denken, poppen er 1001 dingen in mijn hoofd op die eerst moeten gebeuren. (Zoals opleidingen volgen, 8 kilo afvallen, sparen, een website laten maken, alles 1000 keer uitdenken, geld lenen bij de Man om de eerste tijd door te komen, 5 km kunnen hardlopen – heeft overigens niets met de inhoud van mijn plannen te maken, maar als ik dat kan ben ik vast een wilskrachtig iemand … ). Tegelijkertijd word ik misselijk als ik er aan denk weer naar kantoor te moeten binnenkort, na alles wat er gebeurd is.

Ik wil even alleen weg. En even met de Man. Maar ik durf de kinderen nergens te ‘stallen’ want dan gaat heel de hechting vast mis. (Ik weet wel dat het zo’n vaart niet loopt, maar zowel de Man als ik verlangen naar even weg – samen en ik ook apart – maar we voelen ook beiden dat het te vroeg is voor de baby’s.)

Ik wil in een week waarin er heel veel bezoek komt, een paar uur voor mezelf claimen, ook al is er bezoek in huis, omdat ik soms het gevoel heb dat ik stik. Maar ik durf niet. (Update: ik heb het gewoon lekker wel gedaan, op een moment dat de Man thuis was.)

Ik wil alleen naar de sauna, maar dat durf ik niet.
Misschien daar maar eens mee beginnen.
Zucht.

Ik las laatst dat we onze eigen binnenkant altijd vergelijken met de buitenkant van anderen. Dat spookt al dagen door mijn hoofd. Dus keerde ik mijn hoofd nog een keer om en schreef ik die binnenkant van mezelf er eens uit in deze blog. Terwijl ik me realiseer dat het er aan de buitenkant vast goed uit ziet: een bende kinderen, een schattige tweeling, lekker thuis om van ze te genieten, binnenkort weer deeltijds aan de slag, comfortabele auto, leuk huis op een leuke plek, uurtjes oppas om wat voor mezelf te gaan doen, avondjes uit in m’n uppie omdat ik dat wil en het kan. Veel om blij mee te zijn en dat ben ik meestal ook. Maar soms, soms is het even donker in mijn hoofd. En daar wil ik best eerlijk over zijn.

De onverwachte wending

Eerder schreef ik al over het feit dat mijn terugkeer naar het werk bemoeilijkt/ontmoedigd werd. Zie hier en hier.

Hierbij het vervolg. Achter de schermen had ik me geïnformeerd bij het juridische loket, die erg moesten lachen met het doorzichtige van de situatie (een baas die een conflict uitlokt, dan gaat roepen dat het een arbeidsconflict is als je tegenwerk biedt, ze voorspelden dat stap drie het aanbieden van een regeling tot ontslag met wederzijds akkoord was). Ik was via de vakbond ook terecht gekomen bij het College voor de Rechten van de Mens, die graag een onderzoek wilden instellen naar zwangerschapsdiscriminatie, en me in contact brachten met een anti-discriminatie-organisatie die me kon ondersteunen bij de te zetten stappen.

De vrouw waarmee ik sprak, zette me meteen aan het werk: gespreksverslagen maken en die samen met de vraag om verheldering van de situatie sturen aan de bestuurder van de organisatie waar ik werk. Zo gezegd, zo gedaan.

Meteen alle poppetjes aan het dansen. Er volgde een gesprek met P&O waar duidelijk was dat ze wat hadden zitten wroeten maar niets hadden kunnen vinden dat ontslag zou rechtvaardigen. Vervolgens werd ik uitgenodigd bij de bestuurder, die luisterde, me meteen verzekerde dat ik terug verwacht word op kantoor. Mijn baas moest zijn excuses aanbieden, er volgt nog een verhelderingsgesprek en hij zal mijn leidinggevende niet meer zijn.

Dit was op zijn minst gezegd een nogal onverwachte wending. Er was opluchting, maar ook boosheid (zie je wel, hij zat fout, en heel deze toestand was niet nodig geweest). Ik heb eerlijk gezegd nog niet veel zin om terug te gaan na alles wat er gebeurd en gezegd is. Achteraf gezien was het echt heel naar en heb ik er heel veel negatieve emoties bij ervaren. En het heeft me veel tijd gekost. Ik laat het even bezinken en vraag me af waar het eigenlijk goed voor geweest is.

Voor mijn dochters/over eten

Het is een hectische dag als altijd. ’s Ochtends iedereen klaarstomen, naar school, terug via de winkel. Dan de baby’s hun tweede ontbijtje serveren, omkleden, in bed stoppen. Het gaat maar door: hapje maken, fruithapje klaarzetten, morning pages schrijven, was draaien tussendoor, vaatwasser uit- en inladen, soepje drinken met de buurvrouw, baby’s eten geven, oppas instrueren, paar uur werken (1 uur en drie kwartier om precies te zijn), rush naar de schoolpoort met nog een diarree-explosie tussendoor (de kleine baby, niet ik), en dan met vier kinderen naar de binnenspeeltuin. Onderweg ben ik trillerig. Haha, denk ik trots. Ik heb vandaag alleen nog maar een bordje mild en creamy met granola gegeten en een kopje soep. Het is vier uur. Oorlog aan de zwangerschapskilo’s!

’s Avonds lig ik totaal uitgeteld (en na avondmaal pizza – je kan immers niet tegelijkertijd in de keuken staan en in een binnenspeeltuin zijn) op de bank. Ik lees wat dingen, en kom op een artikel over intuïtief eten. Ik lees een tekst van een vrouw die cake eet als ontbijt en daarvan geniet. Ik lees over de koolhydraten eten die je lijf van je vragen. Ik klik door om de principes van intuitive eating te lezen, en ik begrijp nu pas hoe verstoord mijn relatie met eten en bij uitbreiding met mijn lijf is.

Wanneer heb ik geleerd dat honger hebben goed is en een teken van wilskracht?
Wanneer heb ik geleerd dat je verdriet of frustratie met chocola kan dempen?
Wanneer heb ik afgeleerd te stoppen met eten wanneer ik genoeg had? (I’ll tell you, bij mijn ouders waar de regel was dat je je bord moest leeg eten.)
Wanneer ben ik begonnen met stiekem lekkere dingen eten en ze dus schuldbewust weg te schrokken in plaats van ervan te genieten?

Ik heb nooit een eet-probleem gehad, maar als puber at ik vaak heel de dag niets (trots, wilskracht!) om me ’s avonds op de inhoud van de snoepkast te storten. (Wat niet echt uitmaakte, ik fietste elke dag een uur dus ik had een prima gewicht.)
Op kot deden we met alle meisjes samen wel eens uitdagingen om alleen maar groenten en fruit te eten gedurende dagen, tot een week, en bracht ik zo de 50,2 kilo die ik woog terug tot 47 in het ‘beste’ geval.

Toen ik zwanger was, was ik een intuïtieve eter. Tot in extremis: knolselderij (ijzer!), spinazie (ijzer!), veldsla (ijzer!), maar ook liters tomatensoep (kalium), aardappelpuree (?) en ook wel combi’s van zuurtjes met tomatensap in de auto. Of bananen met pepermunt en dan spugen op de pechstrook.

Intussen weet ik het even niet meer. Ten eerste ben ik zo afgeleid door het zorgen voor iedereen dat het heel moeilijk is om goed te voelen wat ik nodig heb. Ten tweede heb ik eindelijk consequent een systeem van weekmenuten geadopteerd, met boodschappen die aan huis gebracht worden. Efficiëntie ten top, maar ik kan natuurlijk niet voor een week intuïtief vooruit voelen wat ik op welke dag wil eten of nodig heb. En ten derde is mijn geest echt verziekt als het over eten gaat. Het denken in goed en fout, het ideaal van mager zijn (elke keer als iemand tegen me zegt dat ik er ‘goed’ uit zie, flap ik er uit dat ik nog niet op gewicht ben hoor), de angst om met overgewicht te kampen zoals mijn moeder, het onregelmatige (heel de dag bijna niets en vergeten lunchen, ’s avonds een bakje chips en een stuk chocola na het eten), het niet-genieten, het altijd schuldig, het benieuwd zijn hoeveel dat loopje waar ik ook gewoon van kan genieten in calorieën betekent.

Ik weet niet of je intuïtief kan eten als je een moeder bent van vier kinderen en altijd bezig en druk en met allemaal balletjes in de lucht. Maar ik wil het wel proberen. Wat ik thuis zag, was een moeder die met zakjes eiwitten twintig, dertig kilo afviel en ze er daarna weer bij at. De ups, de downs. De pilletjes die geslikt werden tegen eetlust. De avondlijke stops bij het frituur (‘niet tegen papa zeggen’). Wat ik mijn dochters wil tonen is wat anders. Eten is leuk, koken is heerlijk, voel wat je nodig hebt, geniet van wat je eet, stop als je genoeg hebt en wees nooit, nooit trots op jezelf als je een hele dag niets gegeten hebt, al schreeuwt je lijf om voedsel.

Nog meer uitjes

Ja, ik hou dapper vol, mijn uitjes-met-mezelf. (Trots).
Bijster origineel ben ik niet. Ik ga nogal vaak naar de film.Intussen heb ik wel wat kaarten voor toneelvoorstellingen gekocht, maar daar ga ik pas in april en mei naar toe. En ik wil eens dauwtrippen en naar het verhalentheater en alleen naar een museum, … Maar dat komt wel.

De uitjes voeden me én geven me lucht. Ik voel me sterker, zelfbewuster en heb meer energie als ik wekelijks tijd claim om even alleen weg te zijn. En dat blijft het moeilijkste én het mooiste ervan. De Man vindt me wel eens assertief als ik een uitje aankondig. Alsof ik in mijn aankondiging al inbouw dat hij het mij niet gunt, wat nooit het geval is trouwens. De assertiviteit komt echt omdat ik mezelf nog moet overtuigen dat dat mag, iets van mezelf, iets voor mezelf. Het voelt ook nooit ‘normaal’. Elke keer weer denk ik dat ik loop te glunderen in de cinema, als ik mijn kaartje ophaal. Als ik nog even rustig een cappuccino drink voor aanvang. Als ik alleen plaats neem op mijn favoriete plek, namelijk rij vier aan de linkerkant.

Wat heb ik de voorbije weken gedaan?

  • At Eternity’s Gate gezien, een film over Vincent van Gogh. Mooi was dat het zo gefilmd was alsof je door zijn ogen kijkt of met hem mee wandelt. Zinnelijk, de kleuren, het licht.
  • Doubles Vies, met Juliette Binoche. Mooi, elegant, Frans. Wat me enigszins stoorde was dat de dialogen niet geheel realistisch leken. Het thema was het digitaliseren (overleeft het boek, of gaan we naar volledige de-materialisering?), maar de gesprekken erover leken me eerder geschreven taal dan gesproken taal. Tot en met dat een man en een vrouw, zich aankledend na overspel, één of andere abstracte dialoog voerden. Euhm, tja.
  • Schapenheld. Schaapsherder tussen idealen en de harde realiteit, een Nederlandse documentaire. Ik heb er heel veel mixed feelings aan overgehouden, omdat ik wel mee wou gaan in de idylle en verontwaardiging, maar vooral ook een man zag die het allemaal nogal koppig, eigenzinnig en onhandig aanpakte. Intussen – las ik op zijn website – is hij terug van Frankrijk. Nog een mislukte stap. En zamelt hij geld in voor een nieuwe start hier. Ik ben vast niet aardig, maar ik heb samengeleefd met iemand waarbij niets lukte wat ook altijd de schuld van de maatschappij was ;), dus hoewel ik vrij empathisch ben (denk ik), heb ik grote vragen bij mensen die het ene mislukte project aan het andere rijgen.
  • En dan de voorstelling ‘George en Eran worden racisten‘. Vals gespeeld, want de Man meegenomen. Moest er even inkomen, maar daarna was ik gepakt. Spelen met vooroordelen. Vond het zo sterk, besefte plots ook dat ik naast (mijn) witte Man zat, en dat ik als vrouw ook in een categorie val waarbij er dingen gebeuren waarbij je je telkens de vraag stelt: is het om mij, of is het omdat ik een vrouw ben? Dat is me het meest bijgebleven van de voorstelling. Dat iedereen die geen witte man is bij zowel voordelen als nadelen zich de vraag kan stellen of het om zichzelf draait of om de categorie waar je in valt (dus: of je een baan wel of niet krijgt, of je na zwangerschapsverlof terug mag komen, …)
  • Bohemian Rhapsody. Ook dit was ‘vals-spelen’, omdat het een uitje met de Man betrof (we zijn nu van die mensen die maandelijks een date-night hebben). Toen ik nog niet geboren was, was de Man al drie keer naar een concert van Queen geweest (dat was even raarrrrr om te beseffen :). Hij kwam met het voorstel om deze film te gaan zien, waar ik spontaan niet op gekomen was. Maar jongens toch, het was zo ontzettend steen-goed. Ik was zwaar onder de indruk, bleef heel de tijd geboeid, en had ontzettend veel sympathie voor dat eigenaardige, soms arrogante en extreem getalenteerde type dat FM was. De Man vond het overigens ook heel goed, alleen had hij last van het feit dat de volgorde van de muziek niet klopte, maar dat is dan weer iets waar mensen die pas geboren zijn in 84 geen last van hebben ;).
  • Can you ever forgive me? … Dit uitje voelde minder goed. Het was thuis best chaotisch toen ik vertrok (baby’s in bed leggen, koken, door het huis razen om speelgoed van de grond te rapen, …). Ik kon nog net de pasta afgieten, een cracker in mijn homemade pesto dippen en vertrekken, dus kwam ik wat opgejaagd en hongerig in de cinema aan. Daar was het druk (vrijdagavond), werd ik opzettelijk voorbijgestoken aan de bar én rook de man die naast me zat nadrukkelijk naar friet. De film was mooi, maar bracht ook een zekere spanning teweeg (ik ben nogal gevoelig voor vrouwen die zich plots op een punt in hun leven bevinden waar ze nooit hadden willen zijn, zeg maar) en daarna moest ik mijn fiets nog ophalen bij het station, waardoor ik de weg door de rosse buurt moest nemen. Ik kwam niet erg vrolijk thuis. Het kan vermoeiend zijn hoe hard alles binnen komt.

Allez. Je hoort zelden dat mensen na de geboorte van hun twinnies plots meer uitgingen dan ooit, maar uhm, in dit geval is dat wel zo. Nog nooit zo veel ‘tot mij genomen’ en daar meestal blij mee.

Eerdere uitjes? Zie hier en hier!