Veel dingen hebben zich opgehoopt de laatste jaren. Met de verhuis werd ik verplicht fysiek schoon schip te maken. Maar over o.a. de werkgerelateerde dingen ging ik in de vermijding.
En dan komt de dag dat ik me beter voel. Fysiek. Dat ik me krachtiger voel. Dat er geen pijn meer is in mijn rug, bekken, gewrichten of spieren. De dag gaat voorbij. Er verandert niets. Ik sluip nog steeds om veel dingen heen. Ik ben verstrik in schaamte, schuld, mezelf hopeloos beu zijn, denken dat ik met alles wil stoppen want dan is alles opgelost. Categorie: als ik ontslag neem, kan ik mijn to do lijst van zes pagina’s weggooien.
En dan komt de dag dat ik anders naar de vermijding kijk. Er was werk te doen en dat kon niet tegelijk met het aangaan van alle andere dingen. Het is heel erg dat vrienden daarmee maar zitten te wachten op een bericht, of mails niet beantwoord zijn, of kaarten niet verstuurd geraken. Maar ik realiseer me plots dat ik niet vermijdend ben omdat ik stom of incompetent ben, maar omdat ik heel hard met andere dingen bezig was.
En op die dag ontdek ik ook een hele lading boosheid in mezelf. Boosheid die plakt aan dingen die ik vermijd te doen. Ik omarm de boosheid. Boos zijn is best lekker.
En zo heb ik de vermijding voor mezelf goed gepraat en kan ik er eindeloos in blijven hangen. Nee, grapje. Door anders te kijken en door lekker boos te zijn, is het plots klaar en moet ik me zelfs een beetje inhouden. Werk dat weken geleden uitgesloten leek, vliegt er nu doorheen. Op vier dagen ruim ik mijn werk-inbox op tot zero. Dat heeft me tien maanden gekost. Maanden waarin ik soms zelfs misselijk was als ik naar mijn pc keek.
Er is nog veel over te zeggen. Maar wat ik vooral wil vertellen is dat ik denk dat niets zomaar komt. Vermijden, tranen, zwarte periodes, pijn. Het komt allemaal ergens vandaan. In het worstelen worden we vaak zo kwaad op onszelf en dat maakt het allemaal nog lastiger. Mijn vermijding had een zeer goede functie. Toen ik er klaar voor was kon ik dat zien en de boosheid opgraven. Allemaal deel van het proces. En kijk, vandaag is de dag dat ik me vrij voel en vooruit huppel.
En daar ging nog eens een enorme dip aan vooraf, want ontwikkelen gaat – net als bij kinderen – in sprongetjes. De lijn gaat niet recht en naar boven, maar is zo grillig als de pest. Met een terugval waarvan je de moed verliest en dan vooruit gekatapulteerd voor je het weet.
Dat beseffende, ga ik geduld leren oefenen denk ik. Hoewel ongeduld vast ook wel ergens goed voor is.