Nog meer onthullingen

Wat een lieve reacties op mijn vorige post.
Blij mee. Opgelucht.

En tegelijk is het een worsteling.
Ik weet gewoon niet zeker of het een goed idee is. Zelfstandige zijn. Het hier delen. En ik merk dat ik vrij ongelukkig word van het social media-gebeuren.

Even terug.
Toen ik ontslag nam, leek het heel logisch. Om zelfstandige te worden.
Ik was al een aantal jaren freelance journaliste naast mijn baan. Dat had ik dus al. (Ik schrijf vooral voor Psychologies en voor Femma.)

Ik schreef hier al een aantal keren over twee kanten in mezelf. Ik ben met een nette leuke Man samen en we wonen met onze kindertjes in een leuk huis in de binnenstad van Haarlem. Maar net zo goed was ik geëindigd met een geitenwollen sok in een Yurt. Beiden zitten in me. Ik ben jaren een nette onderwijsadviseur geweest en in de avonduren was ik met allerlei thema’s bezig die daarin geen plaats hadden, als journaliste. Dan testte ik een tantramassage uit. Een feministische cursus. Een stilteweek. Ik schreef over rituelen. Over hoe mensen betekenis geven aan wat hen overkomt. (…)

Soms moet ik wel eens lachen. Dan zie ik mijn dochters en zie ik die tweedeling. De jongste is een pittig klein spook, die alles wil voordat ze het kan. En de oudste (17 minuten ouder dan haar zus is dat) is een gezapig, rustig kind die liefst boekjes leest en eet.

Die tweedeling loopt dus ook in het starten als zelfstandige.
Ik had zelf veel aan The Artist’s Way gehad, had er als journaliste onderzoek naar gedaan (artikel in Psychologies) én had een cursus gevolgd bij iemand die het prima deed, maar waar ik merkte dat ze vooral kunstenaars-skills had en minder facilitator-skills. Na jaren voor groepen te staan, had ik die wel verworven. Dat zette me op het spoor om The Artist’s Way zelf te gaan aanbieden, aan groepen. Maar ook in een online cursus. En ik ben de voorbije maanden heel veel bezig geweest met het bijwerken van het programma, omdat er een heel spirituele toon in zit die niet altijd makkelijk is voor mensen, en ook omdat het programma dertig jaar oud is en op sommige vlakken wel wat opgefrist kan worden.

Dat doe ik dus.

En de andere kant van de tweedeling heeft te maken met mijn adviseurschap. Ik heb de voorbije jaren als adviseur gezien dat je in organisaties met de mooiste stappenplannen en rapporten kan komen, maar dat je pas iets kan veranderen als je in de onderbuik van de organisatie aan het werk gaat. Daar waar de pijn zit. De angst. De kwetsuren. De onzekerheden. Potentieel zelfs trauma.
Maar ook: de wijsheid. Het waarom. De mooie en krachtige dingen.
Ik ging vaak bij mijn baas aankloppen met voorstellen om mij te scholen in wat ik intuïtief al deed: naar die onderbuik gaan en daar iets faciliteren. Hij zag de noodzaak niet zo. Toen ik ontslag genomen had, heb ik een vermogen aan cursussen gevolgd. Transactionele analyse. Maar ook en vooral: deep democracy.

Deep democracy gaat over de wijsheid van de minderheid. Het gaat over wat er in de onderbuik van een organisatie of samenleving gebeurt (dat heet dan ‘onder de waterlijn’). Het is een methode die tools aanreikt om écht te luisteren. Om in conflict te gaan (sitting in the fire vind ik zo een mooie uitdrukking) en om het conflict vruchtbaar te laten zijn. Om gedragen besluiten te nemen als groep of team of organisatie omdat je niet gewoon met de stem van de macht of de meerderheid aan het werkt gaat (met als gevolg dat er al dan niet intentionele sabotage ontstaat), maar omdat je de wijsheid van de minderheid implementeert in het besluit van de meerderheid. Het gaat voor mij om echte gesprekken voeren. Echt luisteren en niet alleen met je oren. Om empathie.

(Meer kan je vinden hier. )

Ik geloof echt met mijn hart en ziel in die methode, in mijn vermogen om facilitator te zijn voor organisaties als er bijvoorbeeld weerstand is, conflict, een blokkade.
En tegelijkertijd vind ik het moeilijk te geloven in het zelfstandig ondernemerschap. Want als werknemer van een grotere organisatie, ging alles toch min of meer vanzelf :). En ik geloof dat de standaard manieren van marketing een mismatch zijn met wat ik doe en aanbied.
(Hier zijn tips heel welkom. Ik geloof in wat ik doe, maar ik weet nog niet zo goed hoe ik het in de wereld zet.)
Ook kreeg ik wel eens een aanbod om makkelijk te scoren (een soort onderaanneming met opdrachten), maar besloot ik bij mijn authenticiteit te blijven. Maar dat maakt het niet persé makkelijker. Ik verkoop als adviseur geen trucjes, maar ik wil de wereld verbeteren en heb een heel eigen idee hoe dat eruit kan zien.

Mijn eigen leven is natuurlijk een soort van rommelig geweest de voorbije jaren. En ik heb echt veel werk gehad aan mezelf. Dat brengt me ook wel eens tot de vraag wie ik ben om… Wie ben ik om anderen mee te nemen in een proces, om dingen te faciliteren, … ?
En tegelijkertijd denk ik dat ik door de voorbije jaren in mijn leven, heel veel aan nuance gewonnen heb. Dat ik de complexiteit van situaties heel goed kan aanvoelen. Dat ik zelf weet wat het is om een minderheid te zijn. Of hoe het is om om te gaan met het contingente van het leven.

En tegelijkertijd. Tegelijkertijd heb ik een deel van mijn opleiding gevolgd bij iemand die meer dan de helft van zijn leven verslaafd was geweest. Ik denk dat ik hem authentieker vind dan als hij een soort van smetteloze goeroe was geweest. Dus dan kan ik ook wel in mijn eigen authenticiteit blijven staan. Toch?

Maar ik dwaal af.
Wat wil ik zeggen?
Wat ik doe. Waar ik in geloof.
En wat ik moeilijk vind.
En dat ik twijfel. Altijd blijf twijfelen.
En dat die dubbele beweging in mij vermoeiend is. Het vooruit willen en het krachtig iets willen neerzetten. En het stukje in mezelf dat permanent de poten van onder mijzelf zaagt.



Uit de kast

Ik weet nog steeds niet of dit een goed idee is.
Maar ik ga het wel doen.

Slik.

Ik schrijf hier al een aantal jaren. Anoniem. Zodat ik vrij was in wat ik kon schrijven. In het delen van mijn hersenspinsels. Zodat ik gespaard was van het idee dat mijn collega’s of mijn klanten mij konden aanspreken over wat ik hier schreef.

Zoals jullie weten ben ik intussen gestart als zelfstandige. En denk ik de hele tijd dat ik jullie graag wil meenemen. Naar wat ik doe. Want dat zijn ook stukjes van mezelf.

Dus nu neem ik jullie mee.

Deze idioot heeft twee bedrijfjes gestart.
HAHAHA.

(Idioot? Ja. Omdat één al veel is en ik maar drie dagen per week werk en ook nog kinderen heb enzo.
Maar goed.)

Eén van mijn bedrijfjes gaat over The Artist’s Way. Ik heb jullie hier meegenomen in mijn ontdekking van het programma, in wat het voor en met me deed.
Dat transformerende effect wil ik graag met anderen delen. Nu was ik toevallig al jaren aan het werk met groepen in organisaties, dus heb ik besloten het programma te faciliteren in kleine groepen én ben ik bezig aan een online variant.

Kijk, hier kan je meer vinden: https://theartistswayonline.com/
En ik heb daar ook een blogje: https://theartistswayonline.com/blog/
En binnenkort komt de Zsazsalmanak uit en daar staat ook een maandelijkse tip/oefening in van mij.

(En er is ook een instagrampagine, @theartistswayonline)

Het zou me echt superveel plezier doen als jullie op mijn mailinglijst kwamen en ik jullie af en toe, niet te vaak, wat nieuws kon sturen. Een tekst. Een oefening. Een nieuwtje over de online cursus.
Op de website kan je je e-mailadres doorgeven.

Zo.
Doodeng, dit. Het is toch een soort van uit de kast komen.

Mijn volgende post gaat over mijn andere bedrijf.
Wait & see :).

P.s. Ik apprecieer comments, en zeker ook constructief kritische dingen enzo. Maar mag ik nu vragen zeker voorzichtig te zijn? Ik voel me erg kwetsbaar in dat ondernemen, ben heel de tijd zo bang dat het niet lukt, het is best raar mijn anonimiteit op te geven, … Het is dus allemaal wat raar en ik ben wat wiebelig.


Introvert werk

Ik heb een hele dag werk op mijn kantoortje. De laatste tijd ben ik wat opgejaagd geraakt. Ik heb altijd moeite met onzekerheid gehad. Als ik wist dat ik binnen zes maanden maandelijks genoeg opdrachten zou hebben, zou ik het perfect kunnen verdragen dat dat vandaag nog niet zo is. Maar het feit dat ik het niet weet, maakt het lastig. En eenmaal in business krijg je allerlei businessnetwerken in beeld en marketingmensen en vliegen de woorden als je omzet verhogen en ambitieus zijn en je markt vergroten je om de oren, en dan voel je je al snel een mislukkeling als je wél werk hebt, maar er niet in omkomt.

Anyway. Ik zit in mijn kantoortje. Er staat een nepkacheltje dat toch een soort open haard-indruk geeft met vlammetjes (en eco verantwoord gezien de zonnepanelen op het dak). Ik heb thee en chocolade en er branden kleine lampjes en ik zit op mijn sokken en ik ben omringd door boeken en wat planten en bloemen en ook al is het niet opgeruimd (genoeg), het is lief, cosy, van mij. Terwijl het buiten begint te schemeren werk ik mijn taken van de dag af (ik werk heel hard en in een heel fijne flow meestal), daarna ga ik mijn kopjes afwassen en mijn tas maken, maak ik een praatje met mijn lieve huisbaas en ik ben zo content.

Zo content met die stille plek. Het werk waarvoor ik niet elke dag de deur uit moet. Het tempo. Het feit dat ik het werk dat ik heb goed kan doen. Het feit dat ik heel veel helemaal alleen kan zijn daar.

Eenmaal thuis heb ik veel energie. De Man is weg, dus ik kook, we eten, ik doe de kinderen in bad en bed, ruim het huis op, vervang de vuilniszak, steek een was in en typ dit stukje. Ik besef dat ik voldoende introvert werk moet hebben (denken, lezen, schrijven), zodat ik a. oplaad voor de rush thuis en b. tegen het extraverte werk kan (voor groepen staan).

Soms lijkt al dat ondernemen zo absurd, maar op zo’n dag klopt het. Voor het eerst kan ik de huur betalen met geld op mijn zakelijke rekening, en zelfs nog een andere factuur. Loon zit er nog niet in. Er waren tijden dat ik elke dag gecentrifugeerd werd door de afstanden die ik reed, de contacten die ik had, het werken in een open kantoortuin. Als ik toen een foto had mogen zien van mijn kantoortje op een dag als vandaag, had ik volmondig ja gezegd. Zelfs al wist ik dat ik de onzekerheid, het gebrek aan voldoende inkomen en de twijfels erbij moest nemen.

Mothering the mother

De zwangerschap, de kraamtijd, de babytijd, het eerste jaar. Ik heb het allemaal al twee keer meegemaakt. Intussen zijn de dames hier aan hun tweede winter toe, rond de anderhalf jaar, en is daar de Vreselijke Winter. Want nu ik het meemaak, herinner ik het me pas: er is altijd een winter met een kind waarin je van ziekte naar ziekte sukkelt, er met zijn allen aan onderdoor gaat, het hele huis begint te kreunen onder achterstallig onderhoud, alles permanent onder het snot/de spuug/de diarree hangt, de was niet bij te houden is, de nachten drama’s zijn ondanks het eerder verworven ongeveer doorslapen, …

Bij de jongens dreef die fase me tot uitzichtloosheid en wanhoop. Ik herinner het me plots ALLEMAAL want we zitten er weer middenin en leven van griepje naar luchtwegeninfectie, van buikgriep naar hoestbuien, van tandjes en bijhorend leed naar een nieuwe buikgriep enzovoort.

Ik ben er niet zo best aan toe, merk ik along the way. Voor de tweede keer op een maand tijd ben ik geveld door een buikgriep. Je moet weten dat ik een fobie heb voor overgeven, dus ik vind het extreem erg dat ik op een maand tijd TWEE keer buikgriep heb. De eerste keer was erg. De tweede keer is er ééntje met acht keer op één nacht. De nacht nadat de beebs samen 18 keer hebben gespuugd en we letterlijk heel de nacht getroost hebben, lakens en pyjama’s en slaapzakjes verschoond en gewassen. De kleinste twinnie, tevens recordhoudster, kotst ’s ochtends slapend gal door haar neusje.

Anyway. De hele nacht dus – wat een verschrikking. De ochtend breekt aan, ik heb een betaalde klus (want o ja, ik ben ook startend zelfstandige en heb eindelijk een echte opdracht bij een organisatie enal) maar ik kan mijn hoofd niet optillen. Alles doet pijn, mijn botten, mijn hoofd, mijn maag, mijn keel. Ik blijf de hele dag lijden in een donkere kamer. De nacht die volgt heb ik nachtshift met de twee baby’s want de Man is ziek in de kamer ernaast. Ik ben op, totaal op.

Als ik ziek ben, word ik er meestal ook nog depressief bij. Dat is heel stom maar wel verklaarbaar (namelijk: je goed voelen vraagt ook energie). De hele zieke dag lig ik in bed en het lijkt alsof ik zo gesloopt ben door al die moederjaren op de teller, door het alleenstaand moeder, door het tweelingzwanger zijn, door het hebben van een tweeling, dat ik er nooit meer bovenop kom. Ik had me net een sportief doel gesteld dat ik tegen niemand zeg en waarvoor ik een geheim trainingsplan had opgesteld, om mezelf de hoop te geven dat ik binnen een half jaar krachtig en fit een medaille binnen rijf om te bewijzen dat het wel kan, moeder zijn en ondernemer en een fit wijf. Maar ik lig in bed en mis mijn tweede training en schaam me al te pletter en besef dat het moeder zijn, zelfs met de Man en in tamelijk luxe omstandigheden, zo een aanslag is op alles. Op mij. Ergens op instagram las ik iets over ‘mothering the mother’ en dat voelt plots als een schrijnend gemis. Dat er voor mij gezorgd wordt, zodat ik deze hopeloze eindeloze taak tot een goed einde kan brengen. O ja, wacht, er is geen einde.

En dan komen er hulptroepen. Zomaar uit België. Ik vind het zelf tamelijk absurd als ik er over nadenk. Terwijl ik ellendig op de bank lig, worden mijn toiletten gepoetst, wordt er gekookt, opgeruimd en een berg was weggewerkt op uiterst efficiënte en deskundige wijze. Ik blijf achter met een bos bloemen op tafel en een huis waarin ik, als ik eenmaal beter ben, niet meteen de puin van een aantal dagen ziekte moet gaan ruimen.

Zo dankbaar.