Schoon

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

We hebben een logee. Ze is jong en mooi. Haar haar krult, haar ogen stralen. ’s Avonds zitten we, de logee en ik, op de bank met een vriendin. We drinken rode wijn, we praten. Een echt vrouwengesprek, dat gaat van verhalen over ex-partners, over maatschappelijke bekommernissen, naar permanent ontharen. Tot mijn grote verbazing hebben de poppetjes bij mij op de bank complexen. Issues met hun uiterlijk, waar wat aan gedaan moet worden.

Ik herken het. Ook ik heb issues. Kilo’s te veel. Mijn zoontje die me laatst vroeg waarom ik strepen op mijn billen heb. (Omdat moeders afstammen van de zebra, daarom.) Nagels die lijden onder stress. Wallen door een zware tijd achter de rug. Haar met maar weinig fut.

We gaan naar het strand. Overal zijn er lijven. Mooie, krachtige lijven van studentenjongens. Tengere lijfjes van tienermeisjes. Kindjes, in alle maten en gewichten. Ik kijk rond. Aan elke vrouw kan ik zien of het een moeder is of niet. Zelfs de slankste mama’s hebben geen platte of stevige buik. En dan daar, een stralende vrouw. Ze ziet er sterk en zelfbewust uit en draagt een bikini. Haar lijf is alles behalve strak. Maar ze straalt zelfvertrouwen uit. En dat maakt haar mooi. Mooier dan de tienermeisjes die verlegen en ongemakkelijk in hun mooie lijfjes zitten.

En ook bij een bijeenkomst van vrouwen werd het me laatst duidelijk. We zaten in een kring en praatten over seks. De jongste vrouwen hadden de mooiste lijven, waar ze niet bepaald het lekkerste in zaten. Ze zaten ongemakkelijk, verlegen, onrustig. De rijpere vrouwen zaten lekkerder in hun vaak rijpere, zwaardere en soms zelfs wat gehavende lijven. De jongere vrouwen waren zoekend en wilden behagen, vertelden ze. De rijpere vrouwen kenden hun eigen lijf en dat van hun partner, en hadden pret in bed. Deugddoende seks, waarbij ze er niet aan dachten hun buik in te trekken of zich eerst nog eens te gaan ontharen.

Ik vond het wel eens oneerlijk vroeger. Dat je tussen je 15 en 25 het mooist bent, en dat het daarna alleen naar afneemt. Maar op lekker in je lijf staat geen leeftijd. En net vrouwen die al wat langer in dat lijf wonen, lijken er lekkerder in te zitten. Het is niet die permanente ontharing, die kilo minder of die anti-cellulitis-crème die ’t ‘m doet. Echt niet. Ik wou dat er een zalfje tegen complexen bestond.

 

 

We kunnen er gewoon mee stoppen

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

We kunnen er misschien gewoon eens mee stoppen. Met dat onbetaald werk. Na de betogingen, de pussy hats, de seksstakingen een nieuwe vorm van protest. We doen geen onbetaalde arbeid meer.

Geen grootouders meer aan de schoolpoort.
Geen boodschappen meer meebrengen voor de zieke buurvrouw.
Niet meer als vrijwilliger op vakantie met mensen met een handicap.
Geen schouders meer onder de lokale Femma-groep.
Niet meer het gras maaien bij die oude tante.
Geen organisatie meer van activiteiten voor gezinnen uit het dorp.

Wat er zou gebeuren?
Alles zou in een sneltempo ‘op zijn gat’ liggen. Wat een mooie uitdrukking is dat toch.
Aanvankelijk zou de druk op de betaalde arbeid misschien vergroten, als alle onbetaalde arbeid daar even bovenop gelepeld wordt. Maar we zouden vallen met bosjes. Uitputting totaal. En niemand om even een soepje te brengen als we het even zelf niet kunnen maken.

Uiteraard stoppen we er niet mee. Wij weten hoe essentieel het is, die onbetaalde arbeid. Daarom doen we het. We vloeken er misschien wel eens op. We zuchten er eens bij. Het valt ons vaak zwaar. Maar we doen het, want we weten hoe belangrijk het is.

Als de politiekers nu ook zouden beseffen dat die onbetaalde arbeid de ruggengraat van onze economie is, kunnen we misschien maatregelen treffen. Er tijd voor creëren, bijvoorbeeld door een nieuw voltijds van dertig uren per week zodat iedereen naast die dertig uren kan zorgen zonder zuchten. En het een plek geven in ons economisch meetinstrumentarium. En het simpelweg erkennen. Daar kunnen we vandaag al mee beginnen.

Niets

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

‘Het was niets.’

Het is een zinnetje dat je bijna zonder nadenken antwoordt als iemand je bedankt. En vaak is het ook niets. Omdat je mensen meestal helpt met iets waar je zelf niet zo ongelooflijk veel moeite voor moet doen. Laatst hielp ik iemand met de voorbereiding van een studiedag. Ik schud het zonder veel moeite uit mijn mouw, maar voor de persoon in kwestie was het een wereld van verschil. Ik verbeterde wat tekstjes van een collega. Voor mij was het niets, voor haar een oplossing voor een probleem waarmee ze zat. Grappig toch dat je een verschil kan maken met iets dat als niets voelt.

Ik vind het zelf nog steeds jammer dat ik de voorbije jaren niet vaak in staat ben geweest om iets voor anderen te doen. Een keer hulp nodig hebben is niet zo erg, maar als alleenstaande mama had ik de voorbije jaren meer hulp nodig dan ik zelf prettig vond. Andere mama’s hebben mijn kinderen ingestopt en klaar gemaakt voor school. Er werden tassen vol kleedjes gebracht. Er kwam wel eens een kaartje of een pakje met de post. Ik werd enkele keren thuis gebracht van een uitstapje in mijn pre-rijbewijstijdperk, waardoor ik geen wereldreis met het openbaar vervoer met mijn kinderen moest maken. Een lezer van mijn blog stortte me een tijd lang een maandelijks bedragje waar ik schuldgevoelvrij babysit kon nemen om eens iets voor mezelf te gaan doen en op vakantie kregen we ook eens een geschenkje uit de hemel. Vriendinnen kwamen eens aanzetten met een verwentas, waarin naast lekkers ook leuke leesvoer zat. Ik heb potten vol met-liefde-gemaakte confituur geconsumeerd en mijn kinderen slapen onder lakentjes en eten uit bordjes van vier andere leuke jongens die er wat te groot voor geworden zijn.

Random acts of kindness zijn een hype. Je doet iets liefs voor een willekeurig ander persoon, zoals je paraplu delen of een koffie betalen voor de volgende klant in een koffiebarretje. Leuk concept, maar ik besluit voor mezelf om de random weg te laten en aan acts of kindness te gaan doen. Met mijn ene been sta ik nog in het alleenstaande mama-bestaan, waar ik nog steeds in mijn upje een huishouden run, de rekeningen betaal (vloekend omdat de wasmachine het begeven heeft) en jonglerend werk en gezin in evenwicht probeer te houden. Met mijn andere been sta ik in een toekomst die langzaam vorm krijgt, waarin ik (zoals het er nu naar uit ziet) een mevrouw zal zijn met een leuke meneer in een mooie stad. Zo’n mevrouw die niet elke dag moet gaan werken, leuke uitstapjes kan maken met haar leuk stelletje kindertjes, naar de yoga gaat en uit eten kan met de leuke meneer.

Natuurlijk kan ik besluiten goede doelen te steunen, maar ik hoop dat ik enkele dingen kan doen die anderen ook voor mij hebben gedaan de voorbije jaren. Iets dat voor een ander een verschilletje kan maken. Hoe klein ook. En dat ik dan achteloos kan zeggen: ‘Het was niets.’

P.s. Doe je mee? Enkele aanknopingspunten:
– Geef dat drukbezette ouderpaar in je familie een kinderloos middagje cadeau door de kinderen eens mee uit te nemen.
– Sponsor een single parent voor ijsjes op vakantie of voor een maandelijks babysitmoment.
– Maak eens een verwentas voor de buurvrouw, je zus, wie het ook nodig heeft. Denk aan lekkers, een leuk tijdschrift, …
– Een ovenschotel is niet enkel welkom als kraamkost, maar ook als alleenstaande ouder-kost, overleef-je-drukke-week-kost of chaos-met-een-ziek-kind-kost.
– Ruil de strijkmand van je zoon/dochter eens met twee filmtickets die je hem/haar geeft.

 

Prinses is niet ziek

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

Prinses is niet ziek

Ik ben niet ziek,’ dacht ik. ‘Misschien ben ik eindelijk weer gezond.’

Na een paar gebeurtenissen die te maken hadden  met mijn gezondheid en die van mijn kinderen, haakte ik niet meer aan op mijn werk zoals het voordien ging. Ik kwam in een periode van twijfel terecht. Maar misschien is bezinning een beter woord. Twee dingen waren duidelijk: ja, ik doe mijn werk met hart en ziel en heb geen intentie daarmee te stoppen. En nee, zoals het tot nu toe ging, doe ik het niet meer. Ik kan het niet meer opbrengen.

Ik kan het niet meer opbrengen om ’s ochtends om vijf uur weg te sluipen van naast die slapende kinderen, om alvast wat voorsprong te nemen op het werk dat gedaan moet worden, nadat ik ’s avonds om 12 uur met een vol hoofd naast de mannetjes gekropen ben.
Ik kan het niet meer opbrengen om elke week weer een onmogelijk puzzel te maken voor opvang van de kinderen. Om bij Jan en alleman hulp te vragen. Wanhopig een reeks zestienjarigen te sms-en om te vragen om kinderen op te halen en op te passen.
Ik kan het niet meer opbrengen in paniek te geraken bij het verschijnen van waterpokken, hoestjes, koorts of wat anders. Om vervolgens koortsachtig oplossingen te beginnen zoeken voor kinderen die ziek zijn en liefst een beetje bij mij op de bank willen liggen.
Ik kan het niet meer opbrengen om mezelf in gang te houden met goed getimede pepdrankjes en shots koffie en/of suiker, om dat document nog af te werken of om die presentatie nog eens voor te bereiden.
Ik kan het niet meer opbrengen tijd te besteden aan twintig e-mails van collega’s die in volledige democratie een beslissing willen nemen over een activiteit voor een personeelsuitje. Al die zinloze dingen waar we ons in verliezen en wat ons tijd en energie kost die we aan onszelf of onze geliefden kunnen besteden.

Als je niet meer meedoet, kom je heel snel in een soort mallemolen terecht. De huisdokter wil je dan regelmatig zien en stelt meteen een doosje antidepressiva voor (nee, dankje). Je moet naar de bedrijfsarts en je baas belt op vaste tijdstippen om te vragen hoe het gaat. Iedereen lijkt er op gericht je zo snel mogelijk op te lappen zodat alles weer het oude wordt.

Ik kwam deeltijds in ziekteverlof terecht, en toen dacht ik het: ik ben helemaal niet ziek. Ik ben net eindelijk wat gezonder geworden. Het gezond verstand wint het van de waanzin. Het respect voor mijn grenzen en die van mijn gezin wint het van de absurditeit. Want zelfs als ik geen alleenstaande moeder (met intussen een uitstekend doch niet inwonend lief) was, zou ik aan dit tempo tegen de muur knallen. Ik zou dan ook geen zeventig mails per dag naar behoren kunnen verwerken, naast al het andere dat verwacht wordt. Ik zou dan ook niet ’s ochtends om 9 uur op een vergadering kunnen zitten na een lange reistijd en ’s avonds om 21 uur nog voor een groep staan en een goede presentatie houden.

Nou. Ik ben alvast genezen. Nu mijn huisdokter, baas en collega’s nog besmetten.

Geluk

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

Laatst was ik op een studiedag waar ik een lezing bijwoonde over geluk. Geluk is een hot topic geworden. Drie factoren hebben een invloed op ons geluksgevoel, met name de omstandigheden waarin je leeft, je bewust gedrag (je denken en je handelen) en aanleg (genetische elementen, of je ziek of gezond bent, …). Probeer voor je verder leest eens in te schatten welke van deze drie de grootste invloed heeft op ons geluksgevoel.

Ik was alleszins verbaasd dat aanleg goed is voor 50%, bewust gedrag voor 40% en dat omstandigheden slechts 10% van het geluk bepalen.

De voorbije jaren heb ik meer dan eens verzucht dat ik gelukkiger zou zijn als de omstandigheden beter zouden meezitten. Als ik maar in een leuker huis woonde. Als ik maar een leuke partner had. Als ik maar iets meer verdiende. Als ik maar wat minder moest werken. Als ik maar minder alleen was. Als ik maar nog een kindje kon krijgen.

Nu die nieuwe partner als een cadeautje uit de lucht is gevallen, verschijnen er plots wat mogelijkheden aan de horizon. Ik zou minder kunnen werken. Ik zou kunnen verhuizen. Ik ben niet meer alleen.

In het begin van onze relatie gaf dit een shot van energie en geluk. Meerdere mensen vertelden me dat ik straalde, dat het duidelijk goed ging. Ik liep op wolkjes en kon de wereld aan. Tot de hedonistische adaptatie intrad. Een moeilijk woord om te zeggen dat je went aan omstandigheden. Moeilijke én leuke. Met dat wennen neemt het effect op je geluksgevoel af. Wat blijft er dan over? Je aanleg en je bewust gedrag, inderdaad.

In de donkerste dagen van het alleenstaand ouder zijn, kon ik me vasthouden aan het feit dat er altijd nog momenten van intens geluk waren. Door het bos fietsen met een klein jongetje achterop. Een grappige uitspraak van de oudste zoon. Zelfs de rust van een avond strijken met een leuke film op. Nu de dagen lichter worden en ik er niet meer helemaal alleen voor sta, is het vooral even schrikken dat dat geen garantie is op geluk. Het leven staat niet meer op scherp, dingen die voorheen onmogelijk waren, kunnen plots allemaal. Willen we met de jongens naar legoland? Dat kan. Wil ik minder werken? Dat is bespreekbaar. Een museum? Ik heb er de voorbije twee maanden meer gezien dan de voorbije twee jaar samen. Maar nu het allemaal mogelijk is, raakt het me niet meer zo diep. Het geluk overvalt me niet. Ik moet er voor kiezen.

Werk aan de winkel dus nu er hedonistische adaptatie optreedt bij de omstandigheden. Mijn aanleg kan ik niet veranderen, maar mijn bewust gedrag, namelijk hoe ik denk en handel, kan ik wel sturen. En daarbij lijkt het vooral belangrijk te werken aan een goed evenwicht. Het evenwicht tussen zinvol werk en aandacht voor mijn gezin. Tussen engagement en zelfzorg. Tussen tijd voor mijn partner en tijd voor mijn kinderen. Tussen ruimte voor vrienden en creativiteit en ruimte voor mezelf. Een context die deze combinaties mogelijk zou maken, zou vast helpen. Waar blijft die werkweek van dertig uren?

 

 

 

Jongleren met balletjes van fijn glas

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

Een huishouden bestieren, kinderen, een baan en een bijberoep. Het is als jongleren met balletjes van fijn glas.

Ik werd er steeds beter in, in dat jongleren. Mooi was het nog steeds niet, elegant al evenmin, maar ik deed het wel. Maar nooit moeiteloos.

Er moet echter niet heel veel gebeuren, merk ik, om de balletjes klingelend kapot te laten vallen. Een ongelukje van de zoon en ziekenhuisopname deed ’t ‘m. De balletjes vielen met een smak kapot.

Wat ik dan doe? Mijn wonden likken. Uitgeteld op de bank liggen. Slapen. Ik ben zelfs naar de sauna geweest met een vriendin op een kindvrije dag (dat lijkt erg decadent). ’s Ochtends had ik me nog intens afgevraagd of je met een computer binnen mag in de sauna. ’s Avonds had ik me afgevraagd of ik wel had moeten gaan en niet beter even mijn werk had ingehaald, en het huishouden weg gewerkt.

Dat ik geen buffer heb, merk ik aan het feit dat de balletjes niet kapot kunnen vallen zonder gevolgen. De lijken vielen en masse uit de kast. En ik viel van de ene verbazing in de andere. Afspraken waar ik aan herinnerd werd die noch in mijn agenda stonden, noch waar ik iets vanaf wist. Pijnlijk. Zeer pijnlijk. Ik ben amper vier dagen niet in staat geweest om te werken, maar alle zorgvuldig opgebouwde controle was weg.

Als een collega even ziek is, zijn of haar grootmoeder heeft moeten begraven of zorgen heeft rond een kind, verwachtte ik telkens dat het ‘over’ is van zodra iemand zijn of haar vertrouwde plekje weer heeft ingenomen. Als iemand terug is, is de situatie weer normaal. En dan kan je dus alles vragen, mailen en verwachten. Toch?

Ik was zelf terug na een amper opgemerkte afwezigheid en twee dingen vielen me op. Het eerste? Betrokkenheid is levensbelangrijk. Mijn hart verwarmde van alle lieve betrokkenheid van collega’s die na één dag maar ook nog na drie dagen vroegen hoe het nu met mij en de zoon ging. En het tweede? Als je iets ingrijpends hebt meegemaakt waar je zorg bij nodig was, kan je daarna niet meer gewoon de draad oppikken. De betekenis van werk verandert. Al die belangrijke dingen zijn plots relatief. Als je alles heel even hebt moeten loslaten, is het moeilijk weer gewoon verder te gaan waar je gestopt was.

Soms moet je iets vervelends meemaken om als mens weer te groeien in warmte en aandacht. Ik heb me vast voorgenomen wat attenter te zijn. Want bij iedereen vallen de glazen balletjes wel eens klingelend kapot. En hoewel de scherven snel opgeruimd kunnen zijn, vraagt het wat meer tijd en vertrouwen om ook weer te kunnen jongleren.

Moeders zijn ook maar mensen

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

Moeders zijn ook maar mensen

Het is 19u30. Ik heb 230 km gereden met twee boze kinderen op de achterbank, die zelfs met de verhaaltjes van Pim en Pom en Pippi Langkous niet te temmen waren. Thuis krijgen ze heel onverantwoord frietjes, en mik ik ze in bed(*). Het verhaaltje lezen lukt nog net, maar ik ga echt geen verklaring geven bij elk onbekend woord. En mijn knuffels zijn op. Met moeite pers ik er een kus uit voor beide heertjes. ‘Moeders zijn ook maar mensen,’ zeg ik. ‘Je bent lief,’ probeert de kleinste. ‘Ja,’ zeg ik, ‘ik ben immers je moeder. Maar nu ga ik beneden op de bank een kop koffie drinken, want het is genoeg voor vandaag.

Tussen de lappen vakantie door, mocht ik drie dagen gaan werken. Enthousiast trok ik mijn rode hooggehakte schoenen aan en reed ik naar kantoor. Aldaar verzuchtte ik in een vergadering hoe heerlijk werken is. Ik legde uit dat ik de vakantie met kleine kinderen best vermoeiend vond. Mijn collega keek me een beetje glazig aan, vertelde me dat ze vroeger genoot van elk moment en voegde er fijntjes de vraag aan toe waarom ik eigenlijk nog kinderen wil.

De voorbije weken heb ik bulten van kamelen en dromedarissen geteld, oude schepen verkend, gelachen om de idiote grapjes van Jan Klaassen, bootje gevaren, op het strand gezeten en de GVR gezien. Luxe, absoluut. Maar op een dag, toen ik op handen en voeten door een museum kroop, vroeg ik me af waar ik eigenlijk mee bezig was. Strikt gezien was het antwoord daarop dat ik op zoek was naar een schatkist, met een handpop van een eenhoorn om mijn hand. Met een stemmetje deed ik geluidjes en moedigde ik de kinderen aan, terwijl ik de handpop driftig bewoog. En alle dankbaarheid en luxe ten spijt, plots slaakte de eenhoorn een erg diepe zucht. De vakantie kostte niet alleen hopen geld en energie, maar ik was ook totaal onderprikkeld. Het is nu eenmaal niet mijn grootste wens om opdrachtjes uit schatkisten uit te voeren, aan de rand van zandbakken te zitten opletten dat mijn zonen andere kinderen niet de kop inslaan of omgekeerd, en een servetje onder het kinnetje van mijn peuter te houden om slierten smurfenijs op te vangen. Ik doe het met liefde en plezier. Maar ik ben ook een volwassen mens, en in die hoedanigheid wil ik ook wat.

Enkele weken geleden ging ik met mijn Femma-pas naar het museum M. Gefascineerd luisterde ik naar de audiogids terwijl ik de werken in me opnam en ik kwam helemaal opgeladen terug voor nog wat rondjes moederschap. Met die herinnering schud ik mijn Femma-pas uit mijn handtas en leg ze op de hoek van de tafel. Een reminder voor mezelf. Opladen voor gevorderden.

(*) Referentie aan ‘Voeden, verschonen en in de wieg mikken’ van A.M.G. Schmidt

Kauwgom

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

Kauwgom

 ‘Al dertig jaar!’ zegt hij trots. Ik kijk hem verbaasd aan. Deze man werkt al dertig jaar in dezelfde organisatie, waarvan meer dan twintig jaar als directeur? Dat hoor je ook niet zo vaak meer tegenwoordig.

Hij ziet mijn verbazing en wordt plots onzeker. Dat hij het goed heeft daar, dat elk jaar toch anders is, dat er altijd nieuwe dingen op zijn pad komen. Ik denk na en zeg dan dat het me fascinerend lijkt alle praktische en organisatorische dingen onder de knie te krijgen, zodat je je echt kan gaan richten op inhoud, plannen maken, sturen, een bepaalde richting uit bewegen. Dat je er bovenuit kan steken en perspectief kan innemen als je al zo lang in een organisatie bent. Hij knikt enthousiast. Ik heb het begrepen.

Het eerste jaar op mijn nieuwe baan heb ik overleefd. Dat eerste jaar was mijn tweede jaar als alleenstaande moeder. Als ik terug kijk, zie ik dat het bij momenten heel eenzaam was. Ploeteren en zoeken en verbergen dat ik aan het ploeteren en zoeken was. Talloze doktersbezoekjes omdat ik zo eindeloos moe was. En ook weer naar al die nieuwe collega’s en bazen toe proberen verbergen dat ik zo moe was.

Met een collega praat ik over carrière. Waar ik mezelf zie binnen zeven jaar. ‘Hoezo?’ vraag ik. ‘Hier toch mag ik hopen?’. Ik heb net mijn vast contract getekend.

Zeven jaar is lang,’ zegt hij.

Dan denk ik opnieuw aan het gesprek met de directeur die al dertig jaar in dezelfde organisatie werkt. Dat is een leven lang. Dat is mijn leven lang. De tijd die ik gebruikt heb om van zuigeling peuter te worden en kleuter en lagere schoolkind en puber en student en daarna moeder. De tijd waarin ik heb leren lezen, schrijven, en rekenen, jaar na jaar complexer. De tijd waarin ik eerst deel uitmaakte van een gezin, er vervolgens zelf één stichtte en het ook nog alleen ging runnen. Een leven lang dus.

Lang is niet meer zo in de mode. Dat lees ik ook terug in een essay in het magazine van De Standaard (2 juli 2016). Franca Treur schrijft over het vrouwelijk lot ‘dat meebrengt dat ze zich het grootste deel van haar leven tot aan haar oksels in een bad van kauwgom bevindt. Met taaie draden vastzit aan de dagelijkse beslommeringen van het bestaan. Nooit die blik daarbovenuit kan ontwikkelen.’ Ik vond het een treffend beeld bij mijn leven als vrouw en moeder. Ook ik vervloek die taaie draden waardoor ik me haast van werk naar opvang, van wasmachine naar afwasbak, van traantjes drogen naar speelgoed opruimen, van ijsjes uitscheppen naar groenten snijden, van bank naar dokter. Al die dagelijkse beslommeringen.

Alleen de laatste zin klopt niet, weet ik na het gesprek met de standvastige directeur. Net door het uit te houden met die taaie draden, dag na dag, week na week, jaar na jaar, ontwikkel je een blik er bovenuit. Je krijgt dingen onder de knie, je doet ervaring op. En dan ontwikkel je perspectief, zie je het geheel, weet je wat belangrijk is en wat niet, en stuur je daarop.

Laat die jaren en die draden maar komen.

Vriendinnen

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

Vriendinnen

De eerste die ik me kan herinneren had twee staartjes en was de dochter van een vriendin van mijn moeder. Zo moeders, zo dochters. Ik timmerde eens een klasgenootje met een schepje van de zandbak op zijn hoofd in de kleuterklas omdat hij gewaagd had naast haar te gaan zitten. Dat was mijn plek.
In mijn puberteit was er die ene waar ik voor het eerst mee naar een festival ging. Ik had de kaartjes gewonnen en haar ouders kwamen ons ophalen. Bij de hoofdact (eindelijk!) moesten we ons na een kwartiertje uit de naar bier walmende menigte wringen, omdat taxi mama-en-papa klaar stond. Misschien was de hele voorpret waarin we ons vooral afvroegen wat we moesten aandoen op een echt festival, wel het leukste van alles. Dat we de dag zelf in weinig verhullende jurkjes en met teenslippers tussen de springende massa stonden, is intussen een glimlach waard.
Er waren er waarmee ik naar huis fietste, er waren er waarvoor ik een omweg reed, er waren er waarmee ik op kamp ging, er waren er waarmee ik mijn ouders analyseerde en er waren er waarmee ik mijn vriendje besprak en de eerste schuchtere stapjes op het pad van wat we dachten dat de liefde was.
Op de universiteit was er de zeer zeldzame en unieke luxe om samen te wonen met vrienden. Er werden taarten gebakken in het midden van de nacht, examens doorstaan, kaarsjes gebrand, oordopjes ingedaan als er achter het kartonnen muurtje een vriendje op bezoek was, getroost als dat vriendje van het toneel verdween en aardbeien gegeten, met slagroom.
En toen werd ik moeder, en toen waren er de moedervriendinnen. Van ‘mag ik er eens aan komen?’ over de zwangere buik, tot vereerd en plaatsvervangend trots haar kleintje koesteren of vol vertrouwen dat van mezelf in haar handen leggen, tot het sturen van smsjes naar elkaar met het aantal uren slaap van de voorbije nacht. Biep. ‘3’. Tikken: ‘3,5’. Send. Biep. ‘Wie zijn idee was dit?’. Tikken: ‘Nooit meer.’ Biep. ‘Wacht maar tot ze zestien zijn.’. Tikken: ‘Reken maar’.

Ze kwamen en gingen, in een eindeloze, bonte en kleurrijke stoet. Ze waren nooit met veel tegelijk, maar dat past bij me. Een tijd lang was ik triest als ik er weer één had zien gaan. Smsjes die op een dag stopten, en nooit meer terug op gang kwamen. Jaloezie bij jezelf bespeuren en het contact wat afhouden. De ander die het contact wat afhoudt, niet weten hoe dat komt. Of een conflict, een meningsverschil. Een fout woord gebruikt, een verjaardag vergeten. En soms gewoon niet begrijpen hoe die ander geworden is wie ze is en voorzichtig loslaten.

Op een dag merkte ik dat ze gingen, om plaats te maken voor de volgende. De volgende die beter aansloot bij het leven dat ik op dat moment had. Dat besef troost. Net als het idee dat je in elkaars eindeloze stoet mag flaneren.

(Ge)ZIN

Femma is een eigentijdse en eigenzinnige vrouwenorganisatie met een duidelijke visie op mens & samenleving. Femma praat mee over wat vrouwen vandaag denken, voelen & beleven. Femma verdedigt de belangen van vrouwen met minder kansen en in het bijzonder alleenstaande vrouwen. De organisatie ijvert voor emancipatie van vrouwen en gendergelijkheid, o.a. via het informeren en sensibiliseren van vrouwen, beleidsmakers en andere actoren.

Onderstaand stukje is geschreven voor Femma en verschenen op hun website.
Meer over Femma? Neem hier een kijkje!

(Ge)zin

Voor mensen met partner en met kinderen lijkt het vast wel eens hemels om alleen te zijn (en dus alleen te wonen): alleen jezelf om rekening mee te houden! Me-time! Rust om je heen! Enkel je eigen rommel op te ruimen! Geen compromissen sluiten!

Her en der lees ik blogjes van mensen die de nadelen van alleen-zijn, dus leven zonder partner, zonder kinderen, beschrijven.  In de lijstjes met ‘nadelen’ van dat alleen zijn staan dan dingen als:

  • thuiskomen in een leeg huis
  • altijd zelf moeten koken en boodschappen doen
  • bij uitbreiding het hele huishouden alleen moeten doen
  • niemand om wat tegen te vertellen als je thuis komt – ongeacht of je wat leuks te vertellen hebt over je dag of even stoom wil aflaten
  • lange dagen waarop je niemand ziet in het weekend
  • altijd de moed bij elkaar moeten schrapen om iets te gaan doen, omdat de drempel om het alleen te doen nog net iets hoger is
  • gebrek aan affectie (hoewel dat jammer genoeg niet exclusief is voor singles vrees ik)

Dat lijken allemaal nadelen – die ik niet kan ontkennen – die gaan over onbevredigde behoeftes. De behoefte aan aanwezigheid, aan hulp of het huishouden samen delen, aan een gesprekspartner, aan gezelschap, aan affectie.

Gek dat niemand ooit schrijft dat hij of zij graag een partner en/of een gezin wil, om er te zijn als die andere thuiskomt en hem/haar/hen op te wachten. Om te koken voor iemand en boodschappen te doen voor het gezin. Om de was en de plas te doen voor hem/haar/hen. Om te luisteren naar wat die anderen te vertellen hebben. Om mee te gaan als die andere iets wil gaan doen. Om affectie te geven als de andere dat nodig heeft. Het lijkt alsof we toch vaak gefocust zijn op onze eigen noden, en daar is op zich niets mis mee.

Laatst was ik aan het nadenken over dat single zijn. Soms ben ik zo moe dat ik de moed verlies. Dan doe ik dingen die bezwaarlijk constructief te noemen zijn. Te veel snoepen. Op de bank blijven hangen en van de ene website naar de andere klikken in plaats van iets leuks of nuttigs te gaan doen. De rommel laten liggen, de afwas laten staan. Een hele dag in een joggingbroek rondlopen. Ik zei tegen een vriendin dat het makkelijker zou zijn om al die dingen niet te doen als ik een partner had, omdat die me dan een beetje zou kunnen helpen of oppeppen. Maar ik realiseerde me meteen ook dat dat niet de bedoeling van een relatie kan zijn. Ik zou ook niet graag diegene moeten zijn die een ander stimuleert om eens uit zijn jogging te stappen en iets leuks aan te doen.

Hetzelfde hoorde ik terug in de mooie radio-documentaire ‘Cursus alleen zijn’ (te beluisteren via de podcast Parelradio). Een aantal singles vertellen over het single zijn. De voordelen, de nadelen, hoe heerlijk het is alleen door de stad te fietsen, hoe moeilijk het is naar een bruiloft te gaan op je eentje. Maar het opvallendste vond ik de dagdagelijkse dingen. Het huis opfrissen? Een kastje repareren? Elke dag koken? De afwas regelmatig doen? … ‘Waarom zou ik?’, lijken ze allemaal te denken.

Samenleven met (een) andere(n) kan zin geven om een betere versie van jezelf te zijn. Voor die betekenisvolle anderen wil je immers je best doen. Een appel nemen in plaats van een reep chocola, iets leuks of nuttigs te doen in plaats van wat rond te hangen, het huis netjes houden en een leuk jurkje boven te halen.

Misschien zit daarom het woordje zin in ge-zin. Een gezin is – als het goed is – een ‘constructie’ die je zin moet geven om elke dag je best te doen voor die andere(n) waarmee je samenleeft en waar je om geeft. Dat begint bij goed voor jezelf zorgen, maar het gaat ook over de week goed te plannen, de rommel in huis lekker te minimaliseren, je laten inspireren door een recept uit het Femma-magazine om een lekker gerecht op tafel te zetten, of al je creativiteit te gebruiken om iets moois te maken. En dan kan je alleen maar hopen dat je gezinsleden evenveel zin hebben om iets te maken van het gezin.