Freelance journalistiek

Een verhaal dat ik hier vast nooit verteld heb, is het verhaal van hoe ik freelance journaliste werd.

Ik was alleenstaande moeder en stapte op een warme dag na een opdracht in Rotterdam in de auto naar huis. Ik zag dat ik een gemiste oproep had en luisterde daar de voicemail. En tadaa, daar werd me de vraag gesteld of ik wilde overwegen een opdracht aan te nemen als freelance journaliste voor Psychologies Magazine. WOW.

Dat was niet uit de lucht komen vallen. De eindredacteur Femke volgde mijn blog. Ik denk dat we destijds ook al kennis hadden gemaakt met elkaar. Vanuit mijn blog, had ze de hoofdredacteur voorgesteld om mij te vragen.

En dat was zo een kans.
Niet alleen omdat ik met het geld dat ik verdiende als freelance journaliste mijn inkomen wat kon aanvullen – was erg nodig. Maar ook omdat het me een nieuwe kans gaf, een nieuwe richting. Ik kon ergens in groeien, me ontwikkelen, een vaardigheid toevoegen aan mijn pakket, ik werd minder afhankelijk van mijn werkgever. En het is natuurlijk ook ontzettend mooi werk om te doen: interessante thema’s uitwerken, boeken lezen, auteurs interviewen, … Dankbaar!

Die eerste tekst was een interview met de experts die meewerken aan Blind Getrouwd. Ik herinner me mijn voorbereidingen, het interview in een Antwerps cafeetje, het uitwerken wat ik veel te letterlijk had gedaan in mijn angst de geïnterviewden geen recht te doen, de bijsturingen die nodig waren, … Maar uiteindelijk was het goed en de opdrachten volgden elkaar op. Ook voor Femma Magazine en af en toe schrijf ik ook voor andere tijdschriften (en dat wil ik nog steeds graag uitbreiden – mijn grootste droom is Flow).

Anyway. De betaling van de eerste opdracht kwam tijdens een vakantie die mijn kinderen en ik in Amsterdam deden. Gelukkig, want ik zat toen op mijn financiële tandvlees na een rechtszaak. Het heeft ons alleszins wat ijsjes opgeleverd :).

Dank aan Femke. En dank aan de hoofdredacteur die me de kans gaf.

In de Tiny Podcast lees ik een column die ik enkele jaren geleden schreef voor Psychologies Magazine.

Overbodige luxe

O, het is luxe. Naast mij springen de kinderen in het zwembad. De kleintjes slapen. Ik heb al twee boeken gelezen – en nu zijn mijn boeken op en in dit deel van Europa is de zoektocht naar Engelstalige literatuur een hele opgave. Er moet zo weinig. Eten, de was, de afwas, de kinderen wassen, mezelf wassen. Een uitstapje, gisteren gingen we naar een concentratiekamp en vond ik geen woorden om de jongens uit te leggen wat mensen elkaar kunnen aandoen, en waarom. Het schudt alleszins mijn moederschap wakker. Door kinderen te hebben van verschillende leeftijden vergeet ik wel eens wat ik mijn grotere kinderen wil leren en meegeven, want de zorg voor de kleintjes is nog steeds alomvattend. Maar gisteren reed ik met de jongens de heuvels op en af. In de verte zagen we het kamp liggen. Ik kon de oude, zware energie voelen. De jongens liepen met me mee, gingen donkere cellen in en stonden met hun ogen te knipperen bij bedden in kamers die dienden voor zestig mensen.

Vakantie is luxe, en ik ben dankbaar. Maar ik realiseer me weer dat ik niet graag reis (ok, soms is vakantie ook wel lekker). De voorbije jaren dacht ik dat het aan het alleenstaand ouderen lag, dat reizen nog vermoeiender was dan het normale leven thuis. Maar nu ik gepakt heb voor zes, twee dagen auto heb gehad met zes waaronder twee 1-jarigen, mijn weg zoek in vreemde supermarkten en rijd over vreemde wegen, nu weet ik het weer. Ik reis niet zo graag. Ik ben zo ontzettend moe en kijk nu al op tegen de terugreis, het terug in onze plooi vallen thuis.

Tijdens de vakantie valt er slecht nieuws op mijn dak. Een ex-collega had me een klus doorgespeeld die me op het lijf geschreven was, maar de betreffende organisatie had al een andere adviseur onder de arm genomen. Al mijn plannen lijken zo overbodig, zo kwetsbaar, zo stom. Ik ben het moe ‘arm’ te zijn. Geld genoeg in ons huishouden, maar het staat niet op mijn rekening. Ik YNAB me te pletter, om het weinige geld dat er binnen komt bij mij te verdelen over de uitgaven die er zijn voor de kinderen en mezelf. Uiteraard kan ik altijd aankloppen bij de Man en helaas heb ik dat al gedaan tot een bedrag met vijf nullen – zucht. Hij geeft er niet om, ik wel. Het voelt kwetsbaar om afhankelijk te zijn. Maar ook: ik weet dat ik wat kan als adviseur, ik wil eindelijk ook eens wat gaan verdienen met mijn kwaliteiten. Geld is niet zo belangrijk, maar het is alsof ik al jaren de eindjes aan elkaar zit te knopen en niets opbouw, en ik ben op een leeftijd gekomen dat ik graag iets wil opbouwen. En ook: ik weet wat ik kan en wil, maar ik weet niet hoe ik de brug moet slaan tot de vragen die er waarschijnlijk zijn en waarmee ik aan de slag kan. Het is een zoektocht, een puzzel. En zo ver van huis, ver van mijn kleine kantoortje, voelt alles zo absurd en raar aan.

Ik heb nog wat werk bij. Op de zesde vakantiedag zet ik mijn geluidswerende koptelefoon op, neem ik mijn computer, ga ik wat doen. Ik denk aan mijn kantoortje, dat ik voor vertrek zorgvuldig gestofzuigd heb en netjes opgeruimd. Ik tel de dagen voor ik weer daar kan zijn. Alleen, bij mezelf. En tot die tijd, tot die tijd. Hier, nu en morning pages.