Prinses wil een centrum in haar leven

Foto van ‘oogopnederland.nl’

Ik werd wakker en het was me plots glashelder. Ik moet met de kinderen in een yurt gaan wonen. Naast het feit dat er ongelooflijk veel energie gaat naar het betalen van de huur (daar moet ik behoorlijk voor werken) en het onderhouden van dit huis, snak ik naar een leven met een centrum. Een yurt is een spirituele plek. Er komt geen nagel aan te pas. Het is rond. Er staat een kachel in het midden. Het is geborgen. Het is basic. Mijn kinderen en ik zouden in één ruimte kunnen leven met elkaar, er zou rust en eenvoud zijn. Ik zou minder moeten werken. Ik zou koken op een kachel. Slow food. We zouden 80% van onze spullen weg doen. Ik zou geen huur meer moeten betalen, geen uitgebreid huishouden moeten draaien met kamers en kasten en vloeren en spullen, allemaal spullen.

Maar ik zou ook geen badkamer hebben. En daar komen we exact aan de tegenstelling in mezelf. Een deel van mij is het soort persoon dat in eenvoud in een yurt wil gaan wonen met allerlei principes over tijd en goed leven. Een ander deel van me wil zekerheid, vastigheid, de dingen netjes voor elkaar en een haantje zijn op het werk.

Uiteraard kan je vanuit een yurt op hoge hakken vertrekken in  je leasewagentje naar een bespreking met mannen in pak, maar eerlijk? Ik kan het niet zo goed samen denken, dat geitenwollensokkenleven waar ik naar snak en dat haantje dat ik ook ben.

Dirk was het soort man dat je kan hebben als je in een yurt woont, even los van zijn destructieve aard. Hij was een man die past bij een yurt. Iemand die zou opstaan op de kachel aan te steken en een kop koffie te zetten. Ik val voor die types. O, wat val ik voor het type man waarmee je in een yurt kan wonen. Het type man dat niet meedoet met de wereld, niet keihard wil werken, geen carrière wil maken. Het type man dat tijd neemt voor een goede kop koffie en een boek en de wereld de wereld laat zijn. Het leven vieren, in het klein.

En ik voel me evenredig zo veel aangetrokken tot zo’n snel haantje. In pak, snel, slim, zelfzeker. Altijd onderweg naar beter en meer. Het soort man waar je goed mee uit eten kan en een weekend naar Madrid om daar lange avonden wijn te drinken op een terras. Het leven vieren, in het groot.

En ook in mijn moederschap scheurt deze tegenstelling door mijn zijn. Ik wil de oermoeder zijn die draagt en baart en haar kinderen in een doek op haar buik knoopt met melk die stroomt en de wereld die verdwijnt. En tegelijkertijd vind ik een dag met mijn kinderen intellectueel een woestijnervaring en denk ik er niet over in onze yurt een keer te gaan zitten om samen een priegelig knutselwerkje te maken.

Kon ik mezelf maar in twee scheuren en twee levens leiden. Of kon ik de tegenstelling in me maar verzoenen.

Intussen overweeg ik serieus om in een yurt te gaan wonen. Lach maar. Iemand tips, ervaring? Ik vrees dat het er vooral op aankomt een plek te vinden om de tent op te slaan, de rest is een kwestie van lef. En dat lef kan ik misschien wel ergens opdiepen.

Verdieping
Mijn blogstukjes zijn nog zelden ‘vers’ bij u aangeleverd. Ik schrijf er soms vijf na elkaar en dan weer een week geen, maar ik plan ze in aan ongeveer twee tot drie per week, meestal zondagavond en woensdagochtend.
Ik twijfelde dus of ik dit stukje zou publiceren. En toen bedacht ik dat ik enkel voor wonen ongeveer vijftien dagen per maand moet werken. Als je gemiddeld twintig werkdagen hebt op een maand is dat onnozel veel. Ik heb daarbij de huur, gas, elektriciteit, water, poetshulp, verzekering en jammerlijke grote kosten die je soms hebt ongeveer bij elkaar opgeteld. Niet-wonen of anders-wonen zou me dus vijftien werkdagen per maand schelen.

En toen las ik dit bij mijn dierbare Kleine Atlas. Niets aan toe te voegen.

En ook las ik dit bij de o zo mooie Inkelspielchen. Alleen is zo onnozel, eigenlijk. Met twee halveer je minstens die werkdagen die je nodig hebt om te kunnen wonen.

Anyway, ik snapte mijn eigen intens verlangen naar ‘anders gaan leven’ (i.c. in een yurt gaan hokken) plots (nog) beter en ik durf het ook publiceren.

Dieper
In de weekendkrant las ik een stukje over de kinderwens van Halina Reijn (DS weekblad, 2-7-2016). Ergens kom ik dit tegen: ‘Er zijn veel meer voorbeelden van zeer hoogopgeleide vrouwen van onze generatie die hun plek niet vinden, en na een aantal jaren in de consultancy business plots yogalerares worden. Misschien vielen hun banen simpelweg tegen, maar het kan ook zijn dat het anno 2016 nog niet vanzelfsprekend is voor vrouwen om ook zelf te geloven dat ze naar de top willen.’
Ik vlak eerst even de toppen er af. Ik ben niet zeer hoogopgeleid, wel gewoon hoogopgeleid. Ik heb geen topjob, wel een job op niveau die moeilijk te combineren is met het ouderschap. (Mijn collega J. zijn vrouw waarschuwt hem met enige regelmaat dat het geen hotel is thuis – bij mij thuis geen hotelservice. Wat andere collega’s hebben thuisblijfvrouwen.)
Maar dan: mogelijk vielen de banen tegen, mogelijk geloven vrouwen zelf niet dat ze naar de top willen, maar misschien hebben die vrouwen wat ik heb: een verscheurdheid in hun ‘zijn’. Langs de ene kant in de aarde willen woelen (nou ja, daar heb ik minder last van), langs de andere kant de secretaresse een opdracht geven. Langs de ene kant aan het vuur willen zitten, langs de andere kant hun tanden zetten in een moeilijk dossier. Langs de ene kant de yurt, langs de andere kant een leuke jurk en pumps in plaats van de bij-de-yurt-horende kleding van Lamawol ofzo. (Vooroordelen? Ik beken 🙂 ). Langs de ene kant tijd met die kinderen, langs de andere kant uitgedaagd worden op intellectueel hoog niveau.

Ik geloof dat ik nog wel even bezig ben. Met het zoeken naar een manier om de tegenstellingen in mezelf met elkaar te verzoenen. Naar een manier om die wolfsvrouw te zijn, maar wel één met een kantoor.

 

 

18 gedachtes over “Prinses wil een centrum in haar leven

  1. Jaaa! Zo herkenbaar. Net iets waar ik zelf mee bezig ben en dus (zoals altijd) een boel over te zeggen heb.
    1) een vriendin van mijn hippievriendin heeft dus écht een yurt. En M. (youknow) kent ook mensen denk ik. Het bestaat echt wel. Ikzelf ben niet zo happig om in het geitenwollensokkenleven te komen, maar het kan wel. Ik bedoel, en dat weet jij ook: je kan er ook je eigen weg in vinden.

    2) Nu over naar de diepere laag. Zei ik al wat mijn mama tegen mij zei toen ik aan mijn thesis begon en ik tegelijk zei: ja, maar, ik kook ook wel graag. En ik doe mijn werk ook wel redelijk graag. ‘Jij,’ sprak ze vastberaden, ‘doet bijna alles graag. Dat is het net.’ Na 3 jaar therapie zie ik dat idd in mezelf: ik doe VEEL graag. Niets voor de rest van mijn leven. Ik deed bvb écht graag mijn vakantiejobs vroeger, gewoon, omdat ik ook wel wist dat dat de enige keer in mijn leven zou zijn dat ik achter een kassa zat. En die ervaring heb je toch nodig? Vind ik dan. Mijn broer intussen nam zijn studies ontzettend serieus, had nooit tijd voor vakantiewerk en haalde op het einde een of andere thesisprijs binnen, mét bijbehorend prijzengeld. Waarop ik weer jaloers denk: dat wil ik OOK. En dat wil ik dan ook. Ik wil én wonen in het centrum van deze stad én mijn yurt-hippie-vrienden voor lange tijd bezoeken én goedkoop leven én welja, lange avonden op terrassen doorbrengen met wijn. Herkenbaar, zei ik al.

    3) Ik spreek nu voor mezelf, hoe het voor u is weet ik niet. Maar: ik ben een vrouw, denk ik, die érg gevoelig is voor mannelijke leiding. Een relatie, een relatie, dacht ik tot voor kort voortdurend: dat zou leiding geven aan mijn leven. Op een inspirerende manier, uiteraard. Een relatie zou ook mijn belangrijkste verdienste zijn: veel belangrijker en veelzeggender dan diploma’s, jobs, kinderen opvoeden. een man! die kiest! voor mij!
    Het leven dat we samen zouden opbouwen, zou me vanzelf en moeiteloos keuzes doen maken, want liefde gaat boven alles. nog liever dan een yurt had ik de perfecte relatie met een conformistische Jonge Man willen uitbouwen. Dan zou ik nostalgisch terugkijken op de rest van alle opties en met een glas wijn in de hand denken: aaa, wat nog had kunnen zijn. Hoe gelukkig ben ik nu toch.
    hashtag zelfspot.
    Dat is de laatste maanden opeens wel aan het veranderen. Moeilijk uit te leggen. Ik denk dat ik tevredener ben met mezelf. Volwassener word in de zin van groei, voller word, meer karakter kweek. En daardoor minder beïnvloedbaar, minder vatbaar voor allesverzengende verliefdheden die mijn karakter en dromen kneden en doen passen. Ik vind dat jammer, maar hoop dat ik er een interessanter mens door word (jawel, mijn wens om te behagen is niet afgenomen :-))

    4) Met mijn moederschap heb ik dat overigens niet. Meer en meer besef ik daar: laat ik geen tijd verliezen aan wat me toch niet ligt – knutselen, sporten, dollen, zowat alles wat mijn zoon graag doet, eigenlijk. Desondanks adoreert hij me, wat ik eerlijk gezegd vreemd vind. We lezen alleen boeken en gaan naar speeltuinen en de winkel en we koken een beetje samen en hij weet ook dat hij me altijd dingen mag vragen (zelfs de klassieker: ‘mama, hoe ben ik uit jouw buik gesprongen?’ vind ik niet erg, hoewel het wel een opluchting was dat we met zijn tweeën waren én hij me niet meer details vroeg.).

  2. Misschien komen zowel je yurt-dromen als wolfs/zakenvrouw-verscheurdheid op hetzelfde neer: een verlangen naar eenheid. Centreren. Komaf maken met compartimentalisatie.

    Wat de yurt betreft, denk ik dat je inderdaad een badkamer zou missen 🙂

    Wat die verschillende rollen betreft: volgens mij kan je die perfect met elkaar integreren. Je persoonlijkheid heeft veel facetten, en om je goed te voelen, moet je al die verschillende aspecten van je eigenheid van tijd tot tijd aan bod laten komen. Wij zijn geen yurt, wij zijn een huis met kamers. En we moeten al die kamers een beetje onderhouden en mooi inrichten. Compartimenten die samen een eenheid vormen.
    Ik denk dat het erg Vlaams is om van mensen te verwachten dat ze voor één rol kiezen en daar dan supergoed in moeten worden (zie bijvoorbeeld wat ik op mijn blog onder de post “Het Bart Peeters Principe” heb geschreven).

    Wees een wolfsvrouw thuis en een sexy zakenvrouw op het werk! En verander thuis weer in die zakenvrouw zodra je achter je bureau kruipt om je presentatie van de volgende dag voor te bereiden. Daar is niks mis mee. Integendeel, het is een verrijking.

  3. Mijn dochter zegt op de vraag wat E wil worden steevast ‘ieder jaar wat anders’. En dat herken ik helemaal. Jammer van die praktische bezwaren 🙂
    Ik kook graag, naai de meeste kinderkleding zelf, tuinier, yoga, hulpouder op school en bij dat alles ben ik behoorlijk geitenwol en zou ik ook best in een yurt willen wonen. Daarnaast ben ik een vrij succesvolle advocate die binnenkort verhuist naar een kast van een stadsvilla met haar man die elke ochtend strak in het pak naar zijn flitsende kantoor vertrekt.
    Hoe dat precies samen past, snap ik ook niet. ..
    Mijn tweede rol kan ik niet missen, maar mijn eerste voelt wel zinvoller. Maar alleen maar dat? Toch ook weer niet!

  4. Een vriendin woonde 2 of 3 jaar met haar drie kinderen in een yurt (en 2 caravannetjes) in de tuin tijdens de verbouwing van hun huis en kreeg er haar vierde, dus het kan zeker. Ik ken een plek in Limburg waar een yurt staat en waar er mensen die even rust nodig hebben wel eens logeren. Misschien kan je daar eens gaan proefwonen? Je hebt er in ieder geval een badkamer 🙂 Laat maar weten als je eens interesse hebt.
    Verder herken ik die tegenstellingen heel goed, bij mezelf en bij velen rondom mij.

  5. Ik denk dat het hetzelfde is als Girl with a curl, maar Koning Kevin vzw biedt logeren in een ger (yurt) aan deze zomer. Op die manier kan je het al eens proberen. Ik ken ook iemand die lang in een ger heeft gewoond, een architecte.

  6. Oh dat is herkenbaar! Nu en dan ga ik nog op mijn hoge hakken en mijn kantoorjurk aan het confituurmaken als een gek, of aan het breien. Om te compenseren denk ik, en omdat ik zo veel dingen fijn vind!

  7. Als je met iemand wil praten die tot heel recent een aantal jaren in een yurt gewoond heeft, vanalles kan vertellen over de pro’s en con’s en info rond materialen, plaatsing of ‘yurtenbouwers’ of yurtenbewonersnetwerk ;-), stuur me dan een mailtje (jvancouwenberghe@yahoo.com) en dan geef ik je de contactgegevens van mijn schoonzus Moniek. Beetje wolfsvrouw, beetje bio groenteteler/verkoper (markt Heverlee en Kessel-Lo), beetje zoekend naar centrum en alles wat er tussenin 😉

  8. Een yurt zou niks voor zijn, denk ik. Ik zie er mezelf al met mijn stijltang in de weer. 🙂 (Ok, een stijltang, ja, maar dat komt door mijn haar. Dat komt niet door mij. Als verdediging wil ik hier nog inbrengen dat ik bijvoorbeeld nauwelijks make-up gebruik. En het liefst in een slobberbroek rondloop. Zo een met koordjes onderaan!)

    En toch herken ik voor een stuk wel wat je schrijft. Het eenvoudige leven. Het leven waarin je tijd hebt voor de dingen die uiteindelijk toch essentieel zijn: samen tijd doorbrengen, wat koken, wat groenten telen en een geit melken. De kinderen zelf leren lezen en schrijven, en dat op hun tempo doen. Mijn polshorloge met een hamer bewerken. Eens vanuit de verte glimlachen als iemand klaagt over het weer, de files, het gekkenwerk dat bijna ieders leven blijkt te zijn.

    Soms beeld ik me in dat mijn hang (verslaving is een beter woord) naar structuur na enkele maanden eenvoudig leven zou verdwijnen. Dat ik het na verloop van tijd niet meer zou missen: polshorloge, weekindeling, regelmaat. Wie weet. Het kan, in principe.

    Het is verleidelijk te dromen over een totale ommekeer, zelfs voor iemand die zo gehecht is aan het vertrouwde als ik. Tegelijk weet ik dat er geen garantie is dat ik gelukkiger zou zijn. En ik ben niet eens ongelukkig nu! Dus besluit ik meestal door te denken: misschien moet ik niet voor de totale ommekeer gaan, maar voor het zachtjes introduceren van enkele principes van het eenvoudige leven in mijn huidige leven. Minder werken. Minder kopen. Meer tijd om weinig te doen. Meer luisteren. Minder praten. (Ok, er is nog wat werk aan de winkel.) Meer lezen. Minder facebooken. (Ok, er is echt nog werk aan de winkel.)

    Zouden mannen dat eigenlijk ook ervaren, dat soort verscheurdheid tussen de keuzes die je moet maken over de manier waarop je je leven inricht?

  9. Pingback: Diepte. Of net niet. | bentenge

  10. Ik woonde eens met geiten in een gekraakte boerderij. Geen huur, wel werken. Zonder weekend. Dat was toen: http://lehti-paul.blogspot.nl/2013/03/koopt-kaas-tegen-de-crisis.html
    Inmiddels ben ik 25 jaar verder en mijn vriend beweert dat hij niet 1, maar heel veel van mij zijn.
    Gister legde ik pannen op een dak, vandaag huppel ik op pumps op een feest. Elke dag is weer anders.

    Omdat ik die yurt, – of zoiets dan- , een tijd uitprobeerde, weet ik dat ik nu meer vrije tij heb dan toen.
    De was met de hand, de kachel aanmaken (en met hout slepen)… ik was niet vies van hard werken, maar dat boek lezen en tijd voor de kinderen hebben was in mijn geval onrealistisch.

    Als eerste argument noem je het geld. Wat volgens mij meer zoden aan de dijk zou zetten is een eigen woningcorporatie beginnen, beheer van woningen (met badkamer) in eigen hand nemen of via de politiek proberen iets aan de steeds stijgende huren te doen. Tenzij je het begrip ‘werk’ (voor geld) beperkt tot die kantoortijger met targets. Voor die yurt moet je ook werken. Maar dan minder buitenshuis.

    Overigens hoorde ik eens dat het type man waar een vrouw voor valt, kan verschillen per dag. Dan weer de lieve zachte geitenwollensokkenman. Dan weer de macho man die leiding neemt. Het zou een troost kunnen zijn. Ik denk dat het verlangen naar de yurt en dat naar vastigheid geen vreemd verschijnsel is, het houdt de boel in evenwicht. Te veel voorspelbaarheid voelt net als te veel onzekerheid niet fijn.

  11. Ik denk dat iedere man en vrouw dat wel eens heeft, dat soort conflicten. Zoals mijn favoriete songtekst van Baz Luhrmann “Don’t feel guilty if you don’t know what you want to do with your life.
    The most interesting people I know didn’t know at 22 what they wanted to do with their lives
    Some of the most interesting 40-year-olds I know still don’t”
    Ik twijfel ook nog altijd hoor 😀

  12. Pingback: Home | En ze leefden nog groen en gelukkig

Plaats een reactie