Gezond & ecologisch
Mijn relatie met voeding is niet extreem problematisch. Ik ben bijvoorbeeld moeiteloos vegetariër, vermijd zuivel (gewone melk, kaas, yoghurt en consoorten) wat volgens mij best een gezonde levenswijze is. Een stukje vlees brengt mij nooit in verleiding en ik eet liever niet als er enkel een keuze is voor een gerecht met vlees. Uiteraard is de wereld rondom mij intussen voldoende aangepast aan de aanwezigheid van vegetariërs, dus kom ik nooit in dergelijke situatie. Vegan eten blijkt moeilijker, bijvoorbeeld op studiedagen en in het studentenrestaurant, want het gedoodverfde alternatief voor vlees is vaak kaas.
Onbewerkt & basic
De jongens en ik bestellen onze groenten bij het voedselteam, want groenten hebben we graag bio! We bakken ons brood zelf in de machine, maar eten eerder dan brood havermoutpap, in ieder geval als ontbijt. Als ik in de winkelkarretjes rondom mij kijk in de Colruyt, merk ik dat we producten kopen die weinig bewerkt zijn. Geen corn flakes in ons karretje, yoghurtjes, pappekes, dessertjes, … Wel risottorijst, kikkererwten, linzen, havervlokken, … Vrij basic allemaal (en dus ook goedkoop, zelfs als je bio haver etc neemt!). Ik koop ook nooit kant en klaar gerechten. Toen Dirk net weg was, heb ik wel eens een veggie lasagna gehaald, maar die vond ik mierzoet en de maaltijd waar ik zo naar uit had gekeken (het zag er zo lekker uit op de foto op het pakske) was dus een enorme tegenvaller. En ok, ik beken, sinds het vertrek van Dirk heb ik vast twee diepvriespizza’s gehaald. Dat is dus eentje per vijf maanden. Dat kan nog net.
Vers & zonder voorraad
We hebbben geen diepvries. Enerzijds om financiële redenen (dure aankoop, stroomverbruik), anderzijds om ecologische redenen en ook om mezelf te dwingen geen overbodige dingen te kopen en te kiezen voor vers. Dat ons leven wat makkelijker zou zijn met een voorraadje vege burgers in de diepvries en dat ik de soep die ik telkens maak alsof ik een gezin met tien zonen heb in plaats van twee zou kunnen invriezen, zijn wel argumenten om de aankoop toch te overwegen.
Groen & gezond
We doen het zo, omwille van het milieu. Bio-groentjes, enkel basics uit de supermarkt in basic verpakkingen, geen duizendeneen pottekes en blikjes. Dat het niet gebruiken van vlees en vermijden van zuivel de ecologische voetafdruk verkleint, is ook duidelijk. Het is ook een kwestie van gezondheid. Ik heb me o.a. een tijdje lang verdiept in de macrobiotische leer en volg heel graag de inzichten uit het handboek ecologisch koken van Velt, waarvan ik nog de basic versie heb, maar dat intussen bestaat in een mooi nieuw jasje.
Zoet & onweerstaanbaar
Maar, en ik schaam me om het te schrijven, ik ben een emo-eter. Wat betekent dat zoetigheid allerhande een verschrikkelijke aantrekkingskracht op me uitoefent. Ik weet alles over cravings, heb al allerlei boeken gelezen over stoppen met suiker en talloze pogingen gedaan om het niet meer te eten, ik vermijd de aankoop van koekjes en zoetjes, maar dan nog. Dan nog.
Ik vind het zelf gek. Ik kan namelijk alle nadelen van suikerconsumptie noemen, en eigenlijk vind ik kinderbueno’s vies en voel ik me zelden beter na een reep chocola. En toch.
Moe & koud
Ik weet intussen wat de risico-situaties zijn. Die hebben meestal te maken met vermoeidheid, waar ik nogal toe neig, wegens werkend, twee jonge kindekes en alleen. Vermoeidheid maakt dat ik me leeg voel, ik krijg het kou en kan het niet warm krijgen en ik zoek de snoepautomaat op (er staat er bij ons thuis verdorie één om de hoek, ik laat de kinderen niet alleen thuis als ze in bed liggen om snoep te halen, dus vaak kan het gewoon niet. Op het werk weet ik echter de automaat veel te goed staan).
Ik probeer mezelf soms om de tuin te leiden, door appels klaar te leggen en mandarijntes te eten doorheen de dag. Maar eerlijk? Dat geeft niet bepaald hetzelfde gevoel, de honger blijft, het snakken naar zoets ook.
Er kan altijd nog een schepje bij
Een ander storend iets voor mezelf, is dat ik niet goed aanvoel wanneer ik genoeg heb gegeten. Ik eet graag en als het mij smaakt is een extra schepje zo genomen. Tot ik er een vies gevoel aan overhoud, omdat te veel echt niet fijn is. Wat ook vaak gebeurt is dat ik door de maaltijden met de jongens zo onaandachtig eet, omdat ik heel de tijd met hen bezig ben (voeden, aanmoedigen, streng toespreken, …) dat het achteraf lijkt alsof ik niet gegeten heb, of alles koud snel naar binnen heb geschrokt omdat het alweer tijd is voor badjes en bedjes. Op zo’n avonden is de verleiding om de pannen leeg te eten als ze naar bed zijn (in plaats van een restje te bewaren voor de volgende dag), groot. Eten zonder andere volwassene is trouwens echt wel heel anders dan alleen eten of alleen met twee jonge kinderen aan tafel zitten.
Wat ga ik er aan doen?
Voorlopig even niets. Dat heb ik besloten. Ik probeer mezelf er niet om te veroordelen. Het is zo, het is niet fijn. Ik zou graag wat minder wegen, maar ik heb geen problematisch gewicht. Ik eet ook niet extreem ongezond op die zoetigheid na. En ik heb veel aan mijn kop. Dus ik wacht, tot het wat haalbaarder is voor mezelf om de lat hier wat hoger te leggen. Of de reep chocolade wat verder. Je kan niet alles tegelijk. Toch?