Mijn takenlijstje ligt klaar. Ik hoop dat ik het in twee uurtjes kan klaren, zodat ik op tijd in bed lig straks. Maar ik heb niet zo veel zin, dus blijf ik wat klikken en blogs lezen.
Ik kom terecht op een blog met veel foto’s, een verhaal van een gezin waarvan de mama kanker heeft, wat ontdekt is tijdens haar zwangerschap. Ik kijk, ik lees, ik voel me bijna een indringer in de ziekenhuiskamer, in de huiskamer, naast het bed, in de ziekenhuislift.
Tranen rollen over mijn wangen. Om twee dingen. Om het verdriet, de pijn, de ziekte, de duidelijke cesuur in de levens van de mensen die ik zie. Het is Crisis, met een grote C. Plots schaam ik me om mijn eigen verdriet. Ik heb zo veel om dankbaar om te zijn. Ik heb zo’n lieve kinderen. Volgend jaar kan alles wel alweer anders zijn. Verlaten worden en er alleen voor staan is het einde van de wereld niet.
En ik heb verdriet, om de confrontatie met de Liefde die ik zie. Op de foto’s, in wat er geschreven staat, tussen de regels. Het is mooie, warme, oprechte Liefde. En dan denk ik even aan Dirk, en mompel ik: ‘Verdomme, waarom konden we er niet wat meer van maken in onze begenadigde omstandigheden, met dat nieuwe kleine leventje van Babybroer die er net was bijgekomen?‘. Waarom zijn we niet bij machte geweest om wat gelukkiger te zijn? Alles was voor handen.
En dan blijf ik even stil, droog mijn wangen, hervind mijn lijstje. En steek ik eerst nog even een kaarsje aan.
Hoi,
ik denk dat ik wel weet welke blog je bedoelt. Ik heb die ook ooit gelezen op een moment dat ik vooral met mezelf bezig was, en dezelfde dingen (doffe ellende én zoveel liefde) vielen me op. Het raakte ook mij toen heel erg.
En toch vind ik dat je zo vaak hard voor jezelf en je gevoelens bent. Ondanks je eigen verdriet hou je zoveel ruimte over ook met anderen mee te voelen, hier op je blog in de vele reacties, met je vrienden en vriendinnen en met andere blogs. Ik denk echt dat het allemaal naast elkaar mag staan, dat je iemand bent die meer dan genoeg empathie bezit om vele (verschillende) gevoelens te herkennen.
Zou het heel misschien kunnen dat precies dat je van ‘slachtoffer’ (ik vind je geen slachtoffer trouwens, eerder integendeel) een ‘dader’ maakt? Controle nemen is volgens mij in eerste plaats erkenning, aanvaarding, misschien niet zozeer van de toestand als wel van jezelf en hoe je reageert. Ik las op een ander blog: wie ruimte neemt om te staan, zal ook van anderen ruimte krijgen. Wat simplistisch als je het mij vraagt, maar ik probeer er de kracht en energie uit te onthouden, en dat die niet altijd met agressie en aanval verbonden hoeft te zijn. Jezelf de moeite waard vinden, en dat uitstralen. Mét je verdriet en je moeilijkheden te aanvaarden wat er gebeurt en gebeurde. Ik denk dat dat mensen losmaakt van ‘slachtoffer’ te zijn, nog meer dan concrete – zichtbare – acties.
ps een kaarsje! En zelfs al zit er verdriet en onmacht rond: maken we er niet het voorlopige kaarsje voor Babyzoon van?
Dank je Medemama, voor het aanhalen van dat mezelf ruimte geven en gaan staan al maakt dat anderen me die ruimte dan ook gaan geven. Uitstralen dat ik er mag zijn, dat ik er bén. En dat dat inderdaad niet agressief is of aanvallend, omdat de ander er ook mag zijn, er Is. Precies dat gaat nu vaak mis in mijn relatie: dat ik hem zoveel ruimte geef en dat van mijn eigen ruimte afhaal. Terwijl dat niet nodig is en we er geen van beiden blijer van worden.
Dag Doris. Ik denk dat het beuwstzijn daarvan al heel wat is. Is hij zich er bewust van? En kunnen jullie het er over hebben?
En heb jij een idee van de ‘herkomst’ van jouw neiging om dit te doen?
Ik wens je veel goeds. Verandering is niet makkelijk (vertel mij wat). Het begint met kleine stapjes. Maar op een dag merk je dat je plots een halve kilometer verder bent.